33 Kerkbijbels. De kerkbijbels waren voorzien van zilveren sloten en acht zilveren hoeken, terwijl zij in de 18e eeuw ook wel van een draagketting voorzien geweest zullen zijn. Achtereenvolgens ontdaan van ketting en hoeken hebben zij aanvankelijk hun eindpunt gevonden in de bijbels met zilveren sloten uit de tweede helft der vorige eeuw en tenslotte in de bijbeltjes met kleine gouden sluitinkjes van onze eeuw. Overige sieraden. Tot de overige sieraden behoorden vroeger ook snuif-, reuk en pepermuntdozen van uiteenlopende uitvoeringen, alsmede eau de Cologneflacons. Op de schoenen werden grote zilveren gespen gedragen. Deze hebben insnijdingen en zijn anders dan de Walcherse. Deze attributen komen thans niet meer voor, maar een kralenbeursje met zilveren knip wordt nog wel ge bruikt, evenals een horloge, dat men aan een koord om de hals draagt en tussen de band van de rok stopt. C. Kinderdrachten Axelse kinderen treft men niet meer in costuum aan en dat is heel jammer, want vooral de kleding der meisjes was buiten gewoon schilderachtig, hoewel het anderzijds ouwelijk stond en door de hoge doek de meisjes een gedrongen gestalte gaf (afb. 7), Aan de kinderkleding werd zeer veel zorg besteed; vooral de doop- en babymutsjes zijn van een verscheiden heid, die de Walcherse overtreft, maar direct valt toch de overeenkomst met deze op. De mutsjes zijn van tule met doorstopwerk en overladen met pijpjes, plooitjes en strikjes, terwijl op deze garnering, in tegenstelling tot de Walcherse, soms gekleurde bloempjes voorkomen. Het uiterst kleine bol letje van deze mutsjes was voor jongetjes van ronde vorm en voor meisjes recht met twee afgeronde hoeken. De doopdekens waren met gekleurd en gebloemd lint omboord, terwijl de vrouwen vroeger bij de doop wel witte kousen droegen. Om het scheef groeien van de nek te voorkomen, werd bij kleine babies een toompje aan de muts bevestigd, waarvan het eind op de borst werd vastgespeld. Het eind van deze smalle band ging over in een vierkant, dat met een grote gekleurde bloem was versierd en afgezet met een kantje. Voor minder officiële gelegenheden waren de mutsjes van zwart satijn met gekleurde bloempjes. Zij sloten nauw om het hoofd en waren aan de voorkant afgezet met een doorgestekene kraalkantje in kleuren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1958 | | pagina 51