VIII Bij de Linnaeus-herdenking te Amsterdam in juni 1957 zoals men weet heeft deze beroemde geleerde deel uitgemaakt van ons Genootschap1) werd dit vertegenwoordigd door de heer P. J. van der Feen, biol. docts. Meer zakelijk dan wetenschappelijk waren in het afgelopen jaar onze bemoeiingen met de berg van Troye te Borsele, onze belangrijkste vliedberg. De aanval op een stuk van het terrein, waar zich vermoedelijk de voorburcht bevond, ten behoeve van de bouw van een nieuwe dorpsschool was vorig jaar met hulp van Ged. Staten van Zeeland afgeslagen. De school werd er juist naast gebouwd, en tegen het verzoek van het gemeente bestuur de scheidingssloot te mogen dempen meenden wij geen bezwaar te mogen maken op voorwaarde, dat aanbrengen en onderhoud van een afscheiding voor rekening der gemeente kwam. In het najaar werd onze medewerking ingeroepen om een „vijver" beschikbaar te stellen voor het ontworpen brand- puttensysteem van de B.B. Op voorwaarde dat de belangen van de pachter der weide niet in het gedrang kwamen hadden wij hiertegen geen bezwaar, maar effect heeft deze aanvrage nog niet gesorteerd. Daartoe in staat gesteld door het vooruit zicht van een subsidie van het Staatsbosbeheer werd de weide voorzien van een randbeplanting met 69 iepen, aldus de voor waarde van het legaat van 1930 vervullend2). Op uitnodiging van de R.O.B. te Amersfoort bezichtigde Uw secretaris op 21 maart de ontgraving van de fundamenten van het v.m. kasteel de Hellenburg te Baarland, c. 1450 door Frederik van Renesse verbouwd. 1Een fotocopie van het diploma, waarvan hij het origineel te Upsala had gezien, werd in 1956 door de heer G. J. M. de Greef geschonken, 2) Zie Archief 1931 p. II. Laatstelijk in 1946 heeft een gedeeltelijke ontgraving van deze berg plaatsgevonden onder leiding van dr. W. C. Braat, die daarvan verslag heeft gedaan in de Oudheidkundige Mededelingen uit het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden. De mogelijkheid lijkt niet uitgesloten dat binnen kort een laatste ontgraving ter verkrijging van een meer definitief inzicht plaats zal kunnen vinden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1958 | | pagina 6