52
te omnaaien. 's Ochtends worden wel gehaakte mutsen van
wit katoen gedragen, welke doen denken aan de dienstboden
mutsen van weleer. In de rouw is de gehele muts vervaardigd
van effen wit batist.
Rond 1840 waren de mutsen groter dan de tegenwoordige
en de bol sloot toen niet om het hoofd, maar was zeer ruim,
zodat hij door het stijven van de muts ook inderdaad bol stond.
Bovendien was ook de rand, waarin de karkas was aange
bracht, breder en meer buitenwaarts gericht, zodat de muts
een open aanblik bood en de bellen, anders dan tegenwoordig,
volledig te zien waren.
Hoeden. i
Behalve de burgerhoeden, die hier nooit in combinatie met
een muts zijn gedragen, kende het costuum tot onqeveer 1870
non een hoed met een streekeigen karakter. Dit was een
kaphoed, oemaakt van fijn geel stro en met een schuin op
staande rand, waardoor zii van voren breed uitliep en geheel
overeenkwam met de Dickens hoed. Op de achterkant was
een nebloemd züden lint in plooien en rozetten aangebracht,
terwiil de overschietende delen lang op de rug afhingen. De
exemplaren, die wii kennen, ziin met witte of bruine ziide
gevoerd, terwiil de linten van overeenkomstige kleuren zijn
er komen echter ook paarse linten voor. Behalve de achter
linten. die men ook vaak op de borst liet hangen, waren
sommioe hopden voorzien van een tweede stel linten, welke
vóór in de hoed gespeld onder de kin werden gestrikt.
Bellen.
Wanneer men uitgaat, wordt dit costuum gecompleteerd met
gouden hanoers die niet ouder kunnen zijn dan het cost"um,
omdat zij zich er niet toe lenen aan een oorijzer gedragen
te worden. Waarschijnliik zullen zij van niet vroeger dan
1825 dateren. Aanvankelük werden zij gehaakt in zilveren
ringen, die men in de oren droeg toen de mutsen nauwer om
het hoofd qingen sluiten, haakte men ze in de ondermuts,
waartoe deze van trensjes is voorzien. Daar zij plat tegen de
wang in de muts liggen, is van deze hangers niet veel meer te
zien dan de gouden lovertjes, die ter hoogte van de kin buiten
de muts bengelen. Toen omstreeks 1840 de rand van d» muts
veel wijder openstond, waren zij echter ten volle te zien. Zijn
zij misschien ook door een strengere levensopvatting in de
tweede helft der 19e eeuw op de achtergrond gedrongen?
Dit valt te betreuren, want men treft hele mooie uitvoeringen