oude rechten, die rusten op wegen en waterlopen, zou moeten geschieden.
Sanders 1) bespreekt in zijn scriptie de twee opvattingen die mogelijk
zijn ten aanzien van het moment waarop de levering van de eigendom van
wegen en waterlopen plaats vindt. Volgens de eerste opvatting geschiedt
de levering door overschrijving in de openbare registers van het besluit
van Gedeputeerde Staten betreffende de eigendom van wegen en water
lopen (art. 80 van de ruilverkavelingswet 1954), volgens de tweede door
overschrijving van de akte van toedeling, waarin naar dit besluit is ver
wezen en waarin dit besluit in zijn geheel al of niet is opgenomen.
Sanders acht de tweede mogelijkheid beter gefundeerd. Hij vraagt zich
af of Gedeputeerde Staten wel kunnen beschikken over de eigendom van
wegen en waterlopen en of de overschrijving in de openbare registers van
het besluit wel het gewenste resultaat heeft. Hij kent aan de overschrijving
van het besluit van Gedeputeerde Staten geen grotere betekenis toe dan
dat hierdoor het besluit wordt „gepubliceerd". Sanders is echter wel van
mening dat, in geval van beroep bij de Kroon, door overschrijving van het
K. B. levering van de eigendom wel degelijk plaats heeft. Ook Scholtens2
is de mening toegedaan dat de levering van de eigendom van wegen en
waterlopen plaats vindt door overschrijving van de akte van toedeling.
Ik ben van oordeel dat niet alleen de overschrijving van bovengenoemd
K. B. maar ook de overschrijving van het besluit van Gedeputeerde Staten
de levering van de eigendom tengevolge heeft. De wet zelf art. 16 van
de ruilverkavelingswet 1954 geeft mijns inziens aan Gedeputeerde
Staten de bevoegdheid, te beschikken over de eigendom van wegen en
waterlopen. Dit artikel is niet de enige plaats waar de wet aan derden
deze beschikkingsbevoegdheid geeft: overschrijving van het vonnis van
onteigening en van het vonnis na executoriale verkoop heeft de levering
van het onroerend goed tengevolge s). Het feit dat de hypotheekbewaarder
door het ontbreken van de kadastrale kenmerken niet in staat is het be
doelde besluit in de kadastrale leggers te verwerken, maar dit verwerken
moet opschorten tot de kadastrale toepassing van de ruilverkaveling, heeft
naar mijn mening geen invloed op de levering zelf. Jonas 4) zegt dat „de
hypotheekbewaarder geen onderzoek mag instellen naar de juridische
kwaliteiten der aangeboden stukken en niet mag weigeren of vertragen
de gevraagde handelingen in de openbare registers te verrichten".
1) p. 143 e. v.
2) p. 128.
3) Jonas, a.w. p. 179.
4) p. 299.
34