1810 oktober Saturdag 20. Ontfing ik van den generaal Gilly een ordre du jour over 't logement der officieren. Het was wel enigzints dubbelzinnig. Evenwel bepaalde het 't logeeren der officieren in de te recenseerne localen. Nu kwam het er op aan hoe men die recensie doen zou. Zondag 21. Uit Holland schreef men, dat de koningin van Holland als gouvernante terug zou komen na Amsterdam en dat van Manen eerste minister worden zou. Non credo. Maandag 22. Er was een inspectie van prefect, Directie van Walchren en Fransche genie van de werken te Vlissingen en bij de Nolle, voor zoo verre de zeedijken daarin betrokken waren. Walchren had zig dik wijls deswegens beklaagd, zonder vrugt. Ik had die werken onlangs ook gezien en indedaad: indien wij zowel een stormagtig als overschoon najaar gehad hadden, was mij dat werk ook zeer bedenkelijk voorge komen. Enfin, ik hoor, dat men zig van rontom verstaan en de middelen bij de hand genomen heeft, om bij onverhoopte toevallen bij de hand te wezen. En dat mijn broer voor Walchren aldaar meesterlijk gemanoeu vreerd heeft. Dingsdag 23. Heden geschiedde de recensie der kamers voor de officieren door den commandant L'Enfant met een tamelijken uitslag. Hij zou rapport doen aan den generaal. Woensdag 24. Nihil. Donderdag 25. Er geschiede een twede recensie van de kamers door andre officieren. Ook tamelijk en zouden ook rapport doen. Vrijdag 26. Om het nadelig rapport te prevenieeren, schreef ik aan den generaal om hem te bewegen tot faciliteit. Nu moet ik afwagten. De couranten melden de neerlaag der Engelsche armee in Portugal. Parti culiere berigten waren geheel opposit. De Engelschen hadden op de Franschen verovert het eiland l'Isle de Bourbon. Wijders had de keyzer een decreet genomen, volgens welk alle Engelsche manufactuuren in alle plaatsen daar Fransch guarnisoen was moesten verbrand worden. Tot welke excessen gaat de mensch niet over als hij meester is en niets behoeft te ontzien Saturdag 27Nihil. 160

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1963 | | pagina 208