den geheelen nagt door. In den avond wierd er nog hevig met klein ge- 1809 augustus
weer gevogten aan de kant van de Nolle. Ik observeerde van mijn toren
buiten duidelijk den aanval en retraite der Franschen na den Plattendijk.
Er kwam nog in den nagt een boot met een expresse na Vlissingen, die
onderschept wierd. Nog heden continueerde den aanvoer van ammunitie,
dog minder als te voren. Voorts was de nagt stil, zodat men nauwlijks
zou gezegt hebben, het geschut daargelaten, zoo nabij het toneel van den
oorlog te wezen. Lord Chatham had mijn huis buiten wezen opnemen
met oogmerk om van den toren gebruik te maken tot bezigtiging van 't
bombardement, dog hij compareerde niet en bleef zo ik hoorde op der
Boede, alwaar Engelsche generaals haar intrek genomen hadden. Het
water 's avonds aan de pijlpaal 11 duim (s'morgens lOd.l.
Maandag 14. Het bombardement bleef nog al aanhouden, hoewel niet
sterk van de landzijde. Verscheyde Engelsche linieschepen posteerden zig
voor Vlissingen en beschooten het hevig. Er scheen op meer dan een
plaats brand te ontstaan. De Plattendijk scheen geheel gedemonteerd,
althans ik konde niet merken, dat er een schot uit gedaan wierd. Ook zeyde
men, dat de Engelsche er meester van waren, ten minsten bestrijken
konden, waardoor alzo van die zijde geen doorsteken van dijken meer te
vrezen scheen. Het landwater stond aan de pijlpaal hedenmorgen 11%
duim.
Ten 6 uuren des avonds schevde het bombardement uit. Men vermoede,
dat men bezig was met onderhandelen. Intusschen was de brand op veele
plaatsen in Vlissingen zigtbaar. Dan ten 10 uuren begon het bombarde
ment opnieuw met dubbele woede, vooral van bomben en scheepsgeschut.
Dat duurde tot 2 uuren in den morgen. Naderhand verstond men, dat de
voors. tussenpozing 't gevolg was van eene sommatie van den Engelschen
generaal en van den eisch der Franschen om met krijgseer en bedekte
wagens uit te trekken, hetgeen, niet toegestaan zijnde, gevolgd wierd
door vernieuwd bombardement. Veele linieschepen waren voorbij Vlis
singen gezeylt. zelfs geankert, en hadden de stad hevig beschooten.
Dingsdag 15. Het landwater in den morgen was 12% duim. Na 2 uuren
in den morgen wierd niet meer geschoten. Men vernam al vroeg, dat er
onderhandelingen waren en dat de stad zig had overgegeven en het
guarnisoen krijgsgevangen was. Met dat al was men eerst tegen den
avond eenigzints er zeker van en tog nog niet zo geruststellend, als men
wel verlangde.
Den dag was voorts stil. De passage van Holland was over Schouwen open.
7