1809 december Vrijdag 1. Ik had met de andre heeren nog eene conferentie om te over leggen, hoe te handelen, wanneer de evacuatie wierd geannonceerd, ten aanzien van het brengen der tijding na den generaal Dumoncau. Dan er wierd niets besloten, daar dit afhing van omstandigheden van 't moment. De heer B[ijleveld] evenwel was gereed om zelf over te gaan, wanneer men vooraf vaste seynen beraamt had. Ik had dien avond nog een entretien met den generaal Don. 1. Over verscheyde rekeningen van praetensiën, die ik kreeg en mij verlegen maakten, proponerende bij publicatie alle praetensiën opnieuw te doen oproepen. Hij stemde er in [toe] en het gevolg was conform. 2. Over mijn verlangen om bij de evacuatie, tot maintien der order, de gewapende burgerij op de been te krijgen, reclameerende daartoe de wapenen, die op grond der capitulatie wel overgegeven, maar niet geconjiskeert waren. Hij was er niet avers van, dog was niet au fait ontrent de wapenen en ik beloofde hem deze aanvraag schriftlijk te doen. 3. Over de destructie van Vlissingen. Deze scheen onvermijdelijk pour le port maritime, hoe zeer hij alles zou tegengaan, dat iets verder ging of particulieren eigendom konde benadeelen. 4. Over de evacuatie. Deze ontveinsde hij natuurlijk niet, schoon den tijd afhing van wind en omstandigheden. Hij verlangde ook het eiland aan de Hollandsche troupen te kunnen overgeven. Hij wilde daartoe gaarn medewerken. Hij zoude van den tijd der evacuatie bijtijds ons onderrigten, inmiddels overleggen, hoe best het voorn, oogmerk te bereiken en ons in staat stellen om er kennis van te geven. Over de eerst geprojecteerde onderhandeling was uit Engeland nog geen antwoord, dog hij verhaalde mij, dat legale tijding was gekomen van de nederlaag en prise der vloot van Toulon door den admiraal Collingwood. Saturdag 2. De paketboot had ook de tijding gebragt, dat Wallesley uit Spanjen was teruggekomen te London. Er lagen heden 23 Fransche brikken op den Hont, 38 Hollandsche cannoneerbooten op Schelde en 14 bij Cortgene. In de Engelsche schepen was geen verandering. Er kwamen nog al veele dagelijks uit Engeland, die weer met manschappen en andre goedren terug voeren. In Vlissingen was het al pakken en trekken. Zeer veele menschen retireerden bij continuatie na Middelburg, uit vreeze voor explosiën etc., door de beslotene verwoesting te dugten. Zondag 3 viel er niets bijzonders voor. Ik heb vergeten te melden, dat de collecte voor de armen en godshuysen van Vlissingen, den 25 november 48

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1963 | | pagina 64