kend door verscheyde notable om mij hunne verpligting te kennen te 1810 januari geven voor mijne gehoude administratie gedurende de expeditie der Engelschen. Mondeling kreeg ik meer dan eens dezelfde betuigingen! En tog moet ik mij van zulke menschen, van zulk eene stad losscheuren, daar ik [mij] zo zeer aan verbonden heb. Ik was heden geweldig geslingert en vol aandoeningen. De menigte van bezigheden dissipeerden deselve en misschien was dat ook een geluk. Dingsdag 2. Ik ontfing gistren nog een missive van den landdrost uit Tholen van den 30 december met extract-verbaal om te continueeren als burgemeester met wethouders en vroedschappen en om renseignementen te geven over den staat van het eiland en de occupatie door de Hollandsche troupesHeden, zegt men, trokken de laatste Hollandsche troupen over Vere uit het eiland en wierden aldaar door Franschen vervangen. Er kwamen nog 600 man in Middelburg. Alles was vol en men eindigde niet met obstakels te maken over de casernes, niettegenstaande zij bijzonder wel waren ingerigt. Veele hadden 4 man in huis, zommige dubbeld kwartier van officieren. Heden begon men het comptoir der convoyen en licenten op te nemen. Ik moest meegaan, dog retireerde mij alras, omdat ik meer bezigheden had. Item wierden heden de publieke comptoiren op genomen en verzegeld onvermindert evenwel de faculteit om met de administratie als voren voort te gaan. Onder deze waren Griffie, Thesau rie. ontfanger-generaal en particuliere landsontfangers. Dit liep alles ge- maklijk af. Op 't Comptoir-Generaal scheen men kwaad vermoeden te hebben ontrent de administratie der penningen, (n.b. Van Deinse was ontfanger ad interim). Ik had sedert gistren bij mij in kwartier de generaal Bertrand. Het scheen een charmant, poliet man. Ik kreeg heden van den generaal en chef het arrêté van den hertog van Istrië tot confiscatie van alle Engelsche goedren en coloniale producten, met verszoek om bij die visitatie en recherche te adsisteeren, of zelf of door gemagtigde. Ik benoemde er toe vier van de knapste wijkmeesters. Deze hadden een merkelijk advantage door de bevrijding van inkwartiering en zij konden dus gevoeglijk het onaangename van dit werk beter doen dan andre. De visitateurs zouden zijn de commandant Ronsier, de maire van Vüssingen Lammens en 2 officieren der douanes. Er waren heden allerley gerugten over Holland. Dat de koning zig retireerde en de koningin zou terugkomen. Dat geheel Holland Fransch was en verdeelt in 5 departementen. Ondertusschen spra ken de laatste brieven uit Holland alsof de koning zeker terug verwagt wierd. Is dit zoo, dan geloof ik het andre niet. De tijd zal 't leeren. 69

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1963 | | pagina 85