van Bertrand aan verscheyde heeren, kooplieden, die tot dat einde bijeen 1810 januari waren, gedaan. Zij was dus al vrij publiek. Nu is men bezig om te negotieeren en zien of de zaak kan gevonden worden. Maar het regardeert in allen gevalle maar het toekomende. Want komt men niet overeen, dan gaat de huyszoeking voort, veel scherper als tevoren. Welke taal! Evenwel, men zou dan ook voor 't voorledene favorabel berigten. Fistula dulce canit. Morgen zal het zig beslissen, of men genoeg geld voor den afkoop bijeen kan krijgen. De aide de camp van den keizer, Loriston, zegt men te Vlissingen. De tijdingen zijn, dat hij komt verzekeren de vereeniging van geheel Zeeland met Vrankrijk, zommige zeggen met de linie van Bergen op Zoom, andre tot Nijmegen toe. Maar de gemoederen zijn heden alle zeer laag gestemt. Welk een slag ook Dingsdag 9. De zaak der huyszoeking en confiscatie wierd heden gevonden voor 2500 dukaaten. die verscheyde ingezetenen zouden bijeenbrengen, ik furneerde er ook 100 dukaten voor. Misschien is het de laatste weldaad, die ik aan Middelburg doen kan. Althans ik doe het zonder eigenbelang en uit erkentenis voor zo veel goeds, dat ik in die stad genoten heb. Zoo nu maar in 't vervolg geen ander komt en nog eens gaat verzegelen en confiskeeren en zo dan ook, gelijk de belofte is, de gedaane verzegeling zonder confiskatie afloopt. Want anders zijn veele lieden ongelukkig!! Maar welk denkbeeld moet men zig tog maken van zulke menschen, die de exsecutie der wetten te koop hebben? Van de oogmerken der komst van de heer Loriston lekte niets uit; alleen dat hij Vlissingen accuraat opnam. Heden is hij hier. Uit Holland niets nader. Er gingen circa 800 man in de casernes. Woensdag 10. Heden kwam mij onder 't oog een order van den minister uit Parijs dato 4 Juny aan den prefect van de Schelde, om een commissie na hem te zenden, pour assurer les revenus publics. Zo als dan ook die commissie zig bij mij vervoegde om renseignementen. Dit was, zou men zeggen, volledig bewijs van de inlijving, immers van dit eiland. En ondertuschen spreken de officieren van rang, qu'ils étoient dans l'embar- ras comme nous a cause de l'incertitude des choses. De commissie van Loriston scheen pure militair. De koning was nog te Parijs den 5 dezer. Donderdag 11. Ik had een wonderlijke ontmoeting met den commandant. Hij kwam mij spreken over den afkoop der bewuste huyszoeking en con fiscatie. Ik hield mij, of ik er niet veel van wist. Hij zeyde, wel te weeten dat men 3000 ducaten besteed had en aan den generaal Bertrand gegeven. 73

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1963 | | pagina 89