dat verschillende delen van de huidige Zuidkant van de zak van Zuid-Beve land als eilandjes in de Schelde lagen. Voorts ontstonden in de loop der tijden ruggen en kommen op de eilanden. In de winter kwamen de kommen onder water te staan, zodat de dorpen, die op de ruggen waren gelegen, ten opzichte van elkaar dan in meer of mindere mate geïsoleerd waren; het verkeer moest dan veelal per bootje onderhouden worden. Deze situatie bleef lang bestaan, zo werd op Walcheren eerst door het in werking stellen van het gemaal Boreel in 1929 de afwatering afdoende. Bij het vergelijken van onze tabellen bleken er zowel op Walcheren als op Zuid-Beveland, enkele plaatsen op bepaalde punten ,,uit te springen", d.w.z. een afwijkend beeld te vertonen, vergeleken met de omliggende dorpen. Sommige dorpen doen dit op één punt, andere op meer. Op deze manier krijgt men een overzicht van het gebied, dat dan een brokkelig, afwisselend patroon vertoont, hetgeen wij een „mozaïekpatroon" zouden kunnen noemen. Wij zullen hier een aantal van de meest opvallende afwijkingen noemen: 1. De beroepsverdeling. Beide eilanden zijn over het algemeen agrarisch; op Walcheren zijn het de stedelijke samenlevingen Middelburg, Vlissingen en O. en W. Souburg, waar weinig agrariërs wonen, terwijl hier juist het aantal overige be roepen hoog is. Weinig landbouwers treft men eveneens aan in Veere (waar ook het percentage overige beroepen hoog is) en in Arnemuiden, waar een relatief hoog aantal zeevissers woont. In Westkapelle en Ritthem wonen relatief veel dijkwerkers. Voor Zuid-Beveland hebben 's Heer Abtskerke, Waarde, Kattendijke en Kloetinge een relatief hoog aantal agrariërs, Goes, Kruiningen en Kapelle hebben een relatief laag aantal, terwijl de eerste twee plaatsen een vrij hoog percentage overige beroepen hebben. Yerseke, Kruiningen en Wemeldinge vallen op door hun aantallen zeevissers. Ellewoutsdijk is het enige dorp op Zuid-Beve land waar een aantal dijkwerkers woont van enige betekenis. 2. De bedrijfsgrootte. Zowel op Walcheren als op Zuid-Beveland zijn er geen sterk opvallende variaties per gemeente in de bedrijfsgrootteklasse tussen 5 en 30 ha. De erg kleine bedrijven (1-5 ha) worden op Walcheren vooral gevonden in Westkapelle, en op Zuid-Beveland in Oudelande. Op eerstgenoemd eiland komen deze bedrijfjes weinig voor; in St. Laurens en in Nw. en St. Joos- land, welk laatste dorp, met Arnemuiden, een relatief hoog aantal be drijven van 30 ha of meer heeft. Op Zuid-Beveland hebben Rilland-Bath en Borssele relatief weinig bedrijven van 1-5 ha en juist betrekkelijk veel van 30 ha of meer. 84

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1966 | | pagina 84