AANTEKENINGEN
t. .heeft Juffr. Maria van den Houte wed-e van Sr. Adriaan Bastert in presentie
van Dr Hendrik Bastert oom en voogt van hare weezen de heeren weesmees-
teren te kennen gegeven den onvermogenden staadt waarin sij haar is
bevindende, sulcx zij niet in staadt is hare kinderen sonder onderstant te
erlangen te konnen onderhouden, en sonderlijck haren soon Job Adriaanse
Baster, den welcken bij testamente van zijnen oom Dr Rochus Bastert een
fraaie somma van goede effecten is gelegateert met dat oogmerck en last
dat hij moet in de stuijdie tot medicine doctor werden opgebragt op poene
van verval van het gemelde legaat, om welcke redenen sij gaarn aan de
wille van overledenen soude voldoen maar haren voors.slegten staadt is de
reden dat daar aan niet soude konnen werden voldaan, derhalven sij seer
instantelijk was versouckende dat haar de revenues van de gemelde goede
ren mogte werden toegeleght, om provisioneel aan de gemelde wil van den
overledenen soo veel haar mogelijck is te voldoen, ofte dat andersints de
voogden haren soon naar sigh namen en hem van alles besorghde en onder
hielden sooals dat behoorde, waarop de heeren weesmeesteren de gemelde
dispositie waaren gelast te revenuies der goederen tot een cap.l. aan te
hooren en haar advijs daarover te vorderen, dewelcke daarop seijden te
meijnen niet in staadt te sijn daarin te consenteren alsoo sij bij de gemelde
dispositie waaren gelast te revenuies der goederen tot een cap. 1. aan te
moeten leggen, echter ter voorkominge dat den voors. Job Adr. Bastert in
sijne stuijdie niet en soude worden belet, dewijl haar genougsaam den slegh-
ten staadt der moeder kennelijck is, soo presenteerden sij provisioneel den
gemelden Job Bastert naar hun te nemen en te sullen besorgen van dat geen
dat hij benoodight heeft uijt de revenuies en was het noodt van sijn cap.l.
tot der tijdt en wijl toe dat zijne moeder het sij door besterf van hare vader
off moederlijcke erfportie in beter staat gerogt, als wanneer in sulcken geval
sij haren soon alsdan naar haar sal moeten nemen en van alles besorgen dat
hij benoodight sal sijn, het welck de voorn, wed-e voorgesteldt zijnde heeft
dese resolutie en conditiën geaccepteert en geêmplecteert soo als zij leggen".
Toen op 26 Juni 1722 Dr Hendrik Bastert aan Weesmeesteren mededeel
de, dat hij met zijn zwager Barent Toren over het onderhouden van Job Bas
tert niet tot overeenstemming kon komen, hebben deze hem voorloopig voor
een jaar 200.toegelegd. (De Vos, 1931, p. 214).
2. In een brief aan Camper (Oct. 1771) beschreef hij zijn omgeving als volgt:
Jn dit afgelege hoekje van de wereld hoort men noijt iets nieuws, als door
52