Ik denk hierbij dan in het bijzonder aan de wetenschappelijke genootschap
pen, die vrijwel in dezelfde tijd als het Zeeuwsch Genootschap der Weten
schappen in Nederland ontstaan.
Zo noem ik
1752 Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, Haarlem. Uit dit oud
ste Nederlandse genootschap ontwikkelt zich in 1777 de Maatschappij
voor Nijverheid en Handel, aanvankelijk de "Oeconomische Tak" ge
heten.
1769 Bataafsch Genootschap der Proefondervindelijke Wijsbegeerte,
Rotterdam.
1773 Provinciaal Utrechts Genootschap voor Kunsten en Wetenschappen.
1778 Teyler's Godgeleerd Genootschap en Teyler's Tweede Genootschap
ter bevordering van de Natuurkunde, Dichtkunde, Geschiedenis, Teken-
kunde en Penningkunde, samen vormend Teyler's Stichting te Haariem.
2
In Engeland de Royal Society, in Frankrijk de Académie des Sciences. In de
Verenigde Staten van Amerika in 1780 de American Academy of Arts and
Sciences. Ook in de 19de eeuw ontstaan soortgelijke gezelschappen.
Wat is de oorzaak van deze merkwaardige bloei op geestelijk gebied
Men is geneigd naar Frankrijk te kijken, waar namen als Voltaire en Montes
quieu gekoppeld aan het begrip rationalisme ons met de paplepel zijn inge
goten en waar de Encyclopedisten (Diderot, d'Alembert) door hun Encyclo
pedie een monument hebben opgericht van gepopulariseerde wetenschappen,
waaruit de geest der verlichting sprak.
Zonder iets af of toe te doen aan deze cultuur-historische opvatting, zou ik
erop willen wijzen, dat deze beweging in feite met Newton en Locke in
Engeland haar oorsprong heeft.
Ik zie dan ook een merkwaardige parallel met hetgeen in diezelfde tijd,
dat in Vlissingen het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen wordt op
gericht, in Engeland plaats vindt.
Ook daar ontstaan, in groten getale, allerlei wetenschappelijke genootschap
pen. Er schijnt een grote behoefte aan te bestaan zich te organiseren, een
drang naar constitutionalisering. Niet alleen op wetenschappelijk gebied.
In 1717 wordt in de Apple Tree Tavern, Charles Street, Covent Garden, de
officiële organisatie gesticht van de vrijmetselarij, die zich in deze zelfde
eeuw over heel Europa zal verbreiden.
In 1753 wordt in de Star and Garter, een inn, waar jongelieden van goeden
huize bijeenkwamen om weddenschappen af te sluiten, een herberg, bekend
om zijn goede keuken, zijn goede wijnkelder en frequente vechtpartijen, de
aristocratische Jockey Club opgericht.
Deze Jockey Club neemt niet alleen de straffe organisatie van de paarden
rennen in Engeland ter hand, maar entameert tevens de instelling van het
General Stud Book, het stamboek van het Engelse volbloed paard. Ook dit
initiatief is van Europese en zelfs wijdere betekenis.
Ik noem deze twee gebeurtenissen van zo totaal uiteenlopende aard ten eer
ste om wat relief te geven aan het beeld van het ontstaan van de weten
schappelijke genootschappen en om met grotere waarschijnlijkheid te kunnen
stellen, dat de invloed van Engeland op het Europese gebeuren in de 18de
eeuw groter is, dan wij op de schoolbanken hebben geleerd.