schenken. Die laatste beleefdheid had men hoe weinig demonstratief ons
publiek ook wezen moge dan toch kort te voren voor mejuffrouw Baart
over gehad. Verdiende de leermeesteres niet eens wat men der leerlinge
schonk?". Aldus de verslaggever van de Middelburgsche courant 26), die een
hoffelijk man moet zijn geweest. De Middelburgers voelden zich waarschijn
lijk voor hun gulden entree bekocht.
Samen met Elize en een andere leerlinge, Hélène Gerritsen, begon Mina in
november 1875 een nieuwe voordrachtentournée, ditmaal met de door haar
geschreven dramatische schets Een b'ik in de kunstenaarswereld 27). Op 15
november vond te Delft de première plaats, waar het optreden de volgende
dag werd herhaald. 28) Verder werd het stuk in verschillende steden telkens
maar één keer opgevoerd, met uitzondering van Middelburg, waar het op
twee achtereenvolgende avonden, 28 en 29 november, werd gespeeld. Mina
had zich dus niet door het gebrek aan waardering voor haar talent in januari
laten ontmoedigen; klaarblijkelijk verwachtte ze dat het optreden van Elize in
haar geboortestad meer belangstelling zou trekken dan in werkelijkheid het
geval was; zo min als elders liep het hier storm, en ook de pers kon zich niet
tot enthousiasme opschroeven. ,,De indruk door de beide voorstellingenophet
niet door overmaat van amusementen geblaseerde Middelburgsche publiek te
weeggebracht", schreef de Middelburgsche courant\iar\ 1 december, ,,kan, ge-
looven wij, niet beter worden weergegeven dan door de woorden: dankbaar,
maar onvoldaan Het spel der drie dames voldeed; het stuk liet koud
Mejuffrouw Baart gelukte het, door de wijze waarop zij de meer pathetische
gedeelten van hare rol vervulde, herhaaldelijk toejuichingen te verwerven.
De voorstelling in haar geheel verkreeg nauwelijks een succès d'estime, zich
uitend in een hoogst kalm applaudissement na het nederlaten van het
scherm". Het stuk werd niettemin in het geheel drie en dertig keer opgevoerd.
Van haar verblijf in Middelburg maakte Mina gebruik om zich door Lucie te
laten fotograferen (III, blz. 95).
Na de beëindiging van de tournée, op 1 februari 1876, ging Elize naar Mid
delburg terug. Van daaruit stuurde ze, klaarblijkelijk uit dankbaarheid, aan
Mina een antieke zilveren ketting. „Wat beteekent dat?" schreef Mina haar
terug. ,,Ga je de planken adieu zeggen, dat je zóó je erfenis overmaakt?
Of is 't maar een grande générosité? ,,Een wedstrijd van edele harten".
Dank intusschen, mijn beste kind, voor je edelmoedigheid. Ik zal die antieke
ketting heel trouw dragen als een blijvend souvenir en als ik kom te sterven,
réclameer haar dan als je eigendom" (III, blz. 164-165; Hoogezand, 11 febr.
1876). Maar daar is niet van gekomen.
De planken adieu zeggen was wel het laatste waaraan de over het paard ge
tilde Elize dacht. Na het succes met haar debuut was ze ervan overtuigd dat
de wereld van het toneel voor haar open stond. Bovendien wilde ze op eigen
wieken drijven. Ze solliciteerde bij het Nederlandsch Tooneel en met succes:
de directeur-gérant W. Stumpff bood haar een engagement van 1500,
aan voor de tijd van een jaar (III, blz. 182; 7 maart 1876). Het aanbod was
heus niet gek voor een jong meisje dat hoegenaamd geen ervaring had, maar
Elize kon niets doen buiten Mina om, en die dicteerde haar onmogelijke
voorwaarden (III, blz. 188-189; 17 maart 1876), zodat Stumpff haar tot
zijn spijt moest berichten dat hij daarop niet kon ingaan (III, blz. 196; 21
maart 1876) 29). Vlak nadat ze dat teleurstellende bericht had ontvangen