Chroniick van Zeelandt van Johan Reygersberg (1644).33 Ook Smallegange
vermeldt Lemnius verschillende keren in diens Nieuwe Cronijk van Zee
land.34 Zelfs in een huidegedicht uit 1721 ter ere van de promotie van
Cornelis Plevier, destijds heel- en vroedmeester te Zierikzee, las ik
„Wiert eertijts Zierikzee vermaart bij and're volken
En stak zijn kruijn in top, door 't floers der dunne wolken
Op Lemnius verstant, en zijn uitwisbre naam
En Schriften ver bekent
Verder mogen niet onvermeld blijven P. de la Rue in Geletterd Zeeland,
Middelburg 1734 en 1741, waaruit ik reeds een gedeelte citeerde21 en
Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden, deel IX, Zeeland35,
waarin de schrijver Lemnius opneemt in een soortgelijke opsomming van
Zierikzeese geleerden als Guicciardini30 deed. Voor de overige oudere
auteurs, die mij bekend werden, verwijs ik naar Bijlage II.
Latere buitenlandse bibliografen zijn wat critischer. De bekende Zwitserse
medicus Albrecht von Halier (17081777), die in Leiden bij Boerhaave stu
deerde, vermeldt enkele van Lemnius' werken en vertalingen, noemt hem
wat onduidelijk, en meent ook dat hij gelooft in sprookjes en fabels.36
Sprengel (17661833), te Leipzig, spreekt zelfs over een chaos, en vindt
veel „Leichtglaubigkeit" in De Miraculis.37 Brunet in Manuel du libraire
(Paris, 1862, p. 972) noemt een Italiaanse vertaling van De Miraculis,
uitgegeven te Venetië in 1560 of 1563 een „livre de peu de valeur". Deze
in de 18e en 19e eeuw in scherpte toenemende critiek is in zekere zin
begrijpelijk door de ontwikkeling van het wetenschappelijk denken en kun
nen in die tijdsperioden. Ik hoop in de loop van dit artikel de denkwijze
van de 16e eeuw (en die van Levinus Lemnius in het bijzonder), het op
vangen van nieuwe inzichten met een zo volstrekt mogelijk handhaven van
de „heilige" waarden der klassieken, enigszins aanvaardbaar te kunnen
maken.
DE MIRACULIS
Lemnius' voornaamste boek, De Miraculis Occultis Naturae, over de ge
heime wonderen der natuur, kreeg destijds de grootste bekendheid. Het
was, zoals de Duitse vertaler zegt „nicht allein nützlich, sondern auch
lieblich zu lesen". Deze vertaler was Jacobus Horscht, Leibaerzt der Ritter-
schaft im Schweijdnischen und Hawrischen Fürstenthumb (een vorstendom
in Silezië). Het boek werd verder nog in het Frans, Engels en Italiaans
vertaald38. Het werk, dat voor het eerst in 1559 te Antwerpen bij Simon ver
scheen onder de titel Occulta naturae miracula omvatte slechts twee boe
ken. Een nieuwe editie in 1564, eveneens bij Simon (gedrukt bij Withagen),
had vier boeken, evenals de uitgave, die Simon in 1567 liet drukken bij
Plantijn. Enkele maanden later wilde Lemnius, die zijn werk nog eens had
vermeerderd, het laten drukken bij Plantijn, maar het 10-jarige privilege, dat
Simon bezat van mei 1563 was nog niet verstreken. Lemnius bracht toen
korte tijd vóór zijn dood zijn manuscript met de nieuwe gedeelten (enige
hoofdstukken en het boek Paraenesis sive exhortatio ad vitam optime
instituendam, door hem ook betiteld als De vita cum animi et corporis