door Meertens6 afgebeeld, is, getuige de bijschriften, naar alle waarschijn lijkheid een geidealiseerd jeugdportret, in de 17e eeuw vervaardigd in op dracht van zijn bewonderaars Hoffer en Boij, naar het voorbeeld van het eerstgenoemde portret. Toch is het een fraaie tekening, en de afbeelding lijkt in overeenstemming te zijn met de karakterbeschrijving bij De la Rue76: in de praktijk wel bedreven, zeer gelukkig, beleefd en gespraakzaam van gestalte middelmatig groot, welgesteld, regt van lijf en gang vrolijk van wezen. (3) Een derde tot nu toe hier onbekende afbeelding vond ik in Abbildungen berühmter, und besonders urn die Arzneikunde verdienter Ge- lehrten, nebst ihren vornehmsten Lebensumstanden, Augsburg, 1805. Dit portret vertoont slechts enkele overeenkomsten met de afbeeldingen (1) en (2). De tekening is grof en onbeholpen, en daardoor weinig imponerend. Een vierde portret is een medaillon (4), voorkomend in Imagines Doc- torum Virorum, Antwerpen 1611, door Valerius Andreas", dat klein van afmeting en vrij vaag getekend is, nochtans weergevend een man van geestelijke allure. N.B. De biografie van de zoon, Willem, zal in het volgende Archief verschijnen. BIJLAGE I Inhoud van De Miraculis Occultis Naturae. 1e boek 1. Over de natuur als Gods werktuig. 2. Over de menselijke deugden waardigheid en voortreffelijkheid. 3. Over de menselijke voortplanting en de eerbied in deze dingen, als Goddelijke instelling. 4. Over de gelijkenis van kinderen met hun ouders; over aangeboren afwijkingen. 5. Over grove begeerten bij zwangeren; zwangerschapsafwijkingen. 6. Over harmonische sexualiteit. 7. Over de mogelijkheid een jongen of een meisje te verwekken, en of het meer op de vader of de moeder zal gelijken. 8. Over monstergeboorten, genaamd Manekind. 9. Over de wijze waarop een jongen of meisje naar eigen wil verwekt kan worden. 10. Over de mogelijkheid van bevruchting in verband met de menses; over hermaphrodieten. 11. Op welke dag de ziel door God in het groeiende kind wordt gegoten. 12. Over het wezen van de ziel en de samenwerking met het lichaam. Medische ethiek. 13. Over het verschil in geaardheid en toestand van de menselijke ziel. 14. Over de onsterfelijkheid van de ziel. 15. Over de geboorte van monstra, hun oorzaak, en de mogelijkheid van opstanding op de jongste dag. 16. Over voedsel en de menging met het bloed; over gemoedstypen. 17. Over veranderingen in kruiden; over plichten van artsen. 18. Over vele eigenschappen van de grond.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1971 | | pagina 70