clavieren en het voetclavier met aan en at schuivende koppel int boo- venste clavier de cornet in plaats van 4 sterk 6 sterk. Contract betreffende de reparatie van het orgel tussen de magistraat van Goes en Jacob Francois Moreaui-6. Bestek van de zeer noodige reparatie en kragtige verbeteringe aan het orgel deser stad, overgeleverd ter goedkeuringe aan haar Edel Agtbare van Goes 20 july 1738 1. Zullen de drie oude blaasbalgen geheel uijt malkander worden ge daan en opnieuws met alderbest deugtzaam bereijt leer, Francijn en lijm herstelt worden dat deselve zoo goet bevonden werden als de twee nieuwe die op het orgel leggen, moetende het gebrek dat dezelve hebben gehad van een schokkinge in de wind te veroorza ken, geheel weggenomen worden, en alle vijf eenparig wind ver schaffen aan het orgel. 2. Moeten ook alle de tongwerken van het orgel vermaakt worden, en die niet goed zijn om hare behoorlijke kloelcheijt van stem te konnen geven geheel nieuwe te maken in de plaats, en te maken dat alle tongwerken zoo van de trompetten, vox humana, als kromhoren zeer glad en kloek aanspreken, elk naar zijn aard en eijgenschap, moe tende de mondstukken (die nu alle van hout zijn) en bussen van goed metaal (lood en tin onder malkanderen gemengd) gemaakt worden en bij die gelegenheijt de trompet 8 voet in het bovenklavier en de cromhoren in de onderkast gesneden worden dat die voor de bas en de regterhand elk apart kan bespeelt en getrokken worden met een register. 3. Zal ook enig nieuw pijpwerk gemaakt worden, als voor de trompet 8 voet het halve register, van midden c tot boven c, de vox humana, kromhoren 8 voet en gimshoren 2 voet, een quind 8 voet geheel nieuwe en drie van de grootste voor elke toon van de cornet, om de molligheijt, en scherpheijt weg te nemen. Alle welke nieuwe pijpen op eene nette en ordentelijke wijse in het orgel zullen werden ge plaatst en gemaakt worden van goed metaal om de stijfte en duur- saamheijt van het werk. 4. Zal ook de scherp in de bovenkast werden uijtgenomen en in de plaats gebracht een quind 3 voet voor de linkerhand, een nazat 3 voet voor de regterhand welke twee halve registers yeder apart ge trokken moeten worden met een registerstok, zullende de mixtuur met 2 a 3 pijpen vermeerdert worden van de grootste soort van de scherp. 5. Zal ook het orgel gebracht worden op choor of zangtoon en tot dien eijnde gemaakt worden bij elk register twee van de aldergrootste 108

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1972 | | pagina 106