de graad en de gebruikelijke onderscheidingstekens ten zeerste ver
dient. Wij geven hem volledige bevoegdheid om zijn bekwaamheden
in Pisa en overal ter wereld uit te oefenen, waarbij wij nogmaals
verklaren dat Willem Levinus een uiterst voortreffelijk doctor is.
Gegeven te Pisa in het aartsbisschoppelijk paleis in tegenwoordig
heid mede van de heer Arnold Pieters uit Antwerpen, de heer Johan
nes Schore uit Leuven, de heer Levinus Rijcke uit Gent, de heer
Hendrik Garet uit Leuven en vele andere getuigen. In het jaar van
de vleeswording onzes Heren 1556 volgens Romeinse en Floren
tijnse berekening, volgens de stijl van Pisa 1557 25 April, in het
eerste jaar van Paus Paulus iv, tijdens de regering van Karei v, tij
dens het bewind van Cosimo de Medici over de republiek Florence".
Ook Willems vader getuigde, zoals wij zagen bij de bespreking van
diens boek De habitu et constitutione corporis, dat de promotie eervol
is geweest. Doordat daar de promotie en het boek De Stomacace in één
zin genoemd worden, zou men de indruk kunnen krijgen, dat hier een
proefschrift bedoeld is. Het is echter zeker, dat in die tijd het schrijven
van een zodanige studie bij de academische graduering tot doctor,
althans in Italië, niet gebruikelijk wass2. De Stomacace moet dus later
geschreven zijn. Bij de bespreking van Willems publicaties kom ik hier
op terug.
EERSTE HUWELIJK
Het is merkwaardig dat Willems studie (15451556) nogal lang heeft
geduurd. Verbazingwekkend is het dan ook niet dat hij in het jaar van
zijn promotie al blijkt getrouwd te zijn. Het begrafenisboek van Zierik-
zee getuigt ervan hoe het gezin reeds vroeg door het verlies van een
kind werd getroffen: "Item Willem mester Lieven, Lempsesz, doctor
in de medicine heeft een kint begraven.den 13 Augusti" (1556)83.
Een trieste, maar in die tijd veel voorkomende gebeurtenis in jonge
gezinnen.
CONFLICT
Twee jaar te voren, in juni 1554, is er een gebeurtenis die een merk
waardig licht werpt op Willems karakter: hij werd toen veroordeeld
tot het betalen van een boete van 23 pond wegens het uitwerpen van
de ramen bij zijn schoonvader Michiel Comelis Eewoutse. Het vonnis,
genoteerd in het 'Waerheytbouck der stede Zyriczee' 1541157084,
luidt aldus:
119
