Weeskamer immers niet) moge blijken uit de overweging: con-
tenderen ten accoorde tusschen de moeder (Apollonia) ende den
kinde oft zwager. (die zwager zal dan doctor Willem Lievensz.
zijn, die met een zuster van den kinde getrouwd is, of met den kinde
zelf).
De Weeskamer, uitspraak doende, 'diminueert' de vordering van de
eiser-in-conventie, doctor Lievensz, tot 90.groten-Vlaamsch (de
vordering werd dus belangrijk verminderd, want de doctor had aan
vankelijk 115.groten-Vlaamsch in rekening willen brengen!) en
bepaalt voorts, dat de weduwe Apollonia het bedrag betalen moet
100.Carolus guldens ineens, ten laste van de boedel, en de rest als
verder geregeld in de uitspraak.
Hoewel deze procesvoering in verband met Willems bovenvermelde
kleine psychische ontsporing misschien enigszins begrijpelijk is, moet
gezegd worden, dat er ook over de familie van zijn vrouw Daniële een
aantal merkwaardige dingen duidelijk zijn geworden. Uit de boven ge
citeerde uitspraak van de Zierikzeese weeskamer blijkt dat Daniële een
dochter was van Michiel Comelis Eeuwoutse en Apollonia a Prato.
De laatste, een dochter van dr. Jason Pratensis, eveneens een belangrijk
Zeeuws medicus en humanist38, trouwde drie maal. Haar derde echt
genoot was een stadsbode, waardoor zij blijk gaf van een ietwat, zéker
voor die tijd, ongewone maatschappelijke instelling. Een broer van
Apollonia, Lieven Jasonsz., bracht het niet verder dan tot het licen
tiaat in de medicijnen. Hij huwde in 1541 met jonkvrouwe Martine
Joes van der Hooge. Het huwelijkscontract vermeldt dat bruid en brui
degom toen reeds twee kinderen hadden, terwijl in een toegevoegde
acte staat dat de bruid, een grote bruidschat inbrengende, de bruide
gom bovendien 24 pondt grooten Vis leent om daarmede zijn reeds
vóór het huwelijk bestaande schulden te kunnen betalen88. In 1547
werd hij door de vierschaar van Brouwershaven veroordeeld wegens
belediging van de stadssecretaris en later wegens mishandeling van
zijn vrouw: 'smarte ende wonde gedaen heeft Sijn huisvrouwe'90. Ten
slotte bleek hij bij de boedelscheiding na het overlijden van zijn vader
dr. Jason Pratensis in 1558 te verkeren 'in captiviteyt in Judea tot
Hicrusalem'91Het komt mij daarom wel waarschijnlijk voor dat hij,
een oom dus van Daniële, duidelijke psychopathische karaktertrekken
heeft gehad. In de zo juist genoemde acte van boedelscheiding staat
bovendien nog dat Jonkvr. Cornelia Mr. Jasons (de weduwe van dr.
Jason) 'om haar ongedispondeerde manieren es gestelt onder de pro
tectie der weescamer'.
122