Adriaen van Haemstede, uit Zierikzee geboortig (zoon van de schepen Comelis Raas van Haamstede, die in 1552 kapelaan was in de Bagij- nenkerk, en die in 1555 uit Zierikzee vertrok07), was een militant her vormer, die een geloofsbelijdenis en een boek over protestante marte laren schreef. Hij vertoefde veel in verschillende vluchtelingenoorden, vooral in Antwerpen waar hij in 1555 van Emden uit tot voorganger van de 'verscholen' protestantengemeente werd benoemd en waar hij veel aanhangers won. Hij werd natuurlijk vervolgd en vluchtte naar verschillende veiliger plaatsen en ging in 1559 naar Engeland. Daar werd hij de eerste voorganger van de herleefde protestante Nederlandse vluchtelingengemeente in Londen, maar werd hier een omstreden figuur. Aan zijn zijde stonden naast Dr. Willem voornoemde Peter Tryon en Hendrik Lievents94d, PROTESTANTE VLUCHTELINGEN Het protestante vluchtelingenprobleem ontstond in de Nederlanden na de door Karei v en Filips n uitgevaardigde plakkaten en de daaropvol gende vervolgingen en terechtstellingen08. In het noorden en oosten vluchtten de protestanten in hoofdzaak naar Oost-Friesland en Olden burg, in het oosten en zuid-oosten naar de Nederrijn, in het westen en zuid-westen naar Engeland. De eerste kleine stroom na de breuk van koning Hendrik VIII met de paus in 1534 werd groter onder Hendriks opvolger Eduard VI, 'the child king', wiens bewind de protestante vluch telingen een veilig asyl leek te verzekeren. Deze zwakke koning stierf echter jong; hij werd opgevolgd door 'Bloody Mary', die de R.K. kerk in haar oude rechten herstelde en het vertrek van de protestante vluch telingen eiste. Velen (ongeveer 150) vluchtten in 1553 via Noorwegen en Denemarken naar Oost-Friesland. Het was een tragische reis met stormen, tegenspoed en ellende. Mary, die Filips 11 huwde, en nog veel achtergebleven protestanten liet doden, stierf na een korte regerings periode in 1558 en werd opgevolgd door koningin Elisabeth. Daarop trok na enige tijd een nieuwe stroom vluchtelingen naar Lon den, welke nog versterkt werd door de terugkeer van de eerste groep uit Oost- Friesland. Zo herleefde de vluchtelingenkerk, de London Dutch Church, in de Monastery of the Augustine Friars. Dit gebouw was in 1550 aan de vluchtelingen ter beschikking gesteld, en na de onderbreking tijdens de regering van Queen Mary, op 25 februari 1560 opnieuw aan de Dutch Church toegewezen90. Tot de voormannen van deze vluchtelingengroep behoorden o.m. Johannes a Lasco uit Polen, Johan en Carel Utenhove uit Gent (kennissen van Erasmus), Petrus Delenus en Petrus Dathenus elders uit Vlaanderen. Adriaan van Haem- 125

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1972 | | pagina 139