zugesagt und sich sonst wie sien uns überreichtes besigeltes und
untherschreibenes Reuersall inn die Lenge fernet ausweist inn allen
unstraflich zu ertzeigen Dargegenn haben wir ihnn Jehrlichenn so
lange er inn undserm Dienste sein wirdt Sechts hundert taler oder
dero werdt ann guettes ganghafter Schwedischen muntz für jeden
huender thaler wir hunndert margk ortlich zurechnnen auff zwey
terminn, neben einer Ehrkleiding auff ihm und hoffkleidung auff
einem knectt und einem Jungenn, undt freye behausung zum Stock
holm inn der Stadt, oder auff dem Malm gebenn und werden zu-
lassen gnedigst zugesagt und nachgegeben Dafur sol er sich mith
kost wictualia und allem andernn selbst versehen und versagen.
Damach sich unser Cammereirer und Rentmeister zurichtenn wissen.
Zu uhrkundt habenn vir diesenn brieff mitt eigener hannt unter-
schribenn und unserm Koningklichem Secrett wissentlichenn becref-
tigenn lassenn. Der gegebenn zum Stockholm den 31 December
anno 60".
In de herbenoemingsbrief, gedateerd 1 October 1566122, staat dat de
"Khunijg den hochgelehrten Wijlhelmum Lemnijun der Medicijn Doc-
torum aufs neue fur unsern Leijbartzt, Medijcum und Phijsicum jn un-
sem Dijenst habenn aufnehmenn, und himit gnedigst bestellen lassen.".
Verder is de zin in het laatste gedeelte van de brief van 1560 met de
zelfvoorziening van kost en victualiën vervangen door: "vnd an Vic-
tualijenn dreij Ochsen, neun Schafe, dreij Schweijn, acht pfundt Maltz,
acht pfundt Roggenn, eijne tonne Butter, eijne tonne Stromling, zweij
tonnen Ahll, zweij tonnen Torsch, zwo tonnen Lachs, sechs pfundt
Hopfen, eijn tonne saltz, eijn halb Schippundt fijnijsche Hecht".
Bovendien kreeg dr. Vilhelmus een aantal z.g. leengoederen ten ge
schenke, t.w. een boerderij op Hundhammar in de gemeente Botkyrka
en een vijftal boerderijen in de gemeente Bolsjö in Smaland, "opdat
deze onze geliefde en trouwe dienaar Doctor Wilhelmus Lemnius zich
met des te meer trouw en ijver zal kwijten van het hem toevertrouwde
en ook verder in alle andere opzichten zal trachten Ons en Ons Rijk
van het grootste nut te zijn, zoals zijn eed inhoudt en vermeldt.
zodat hij en zijn erfgenamen bovengenoemde goederen en boerderijen
in rechte vrijheid en vrij van schatting mogen genieten, gebruiken en
behouden, doch met die voorwaarde, dat bovengenoemde Doctor Vil
helmus en zijn erfgenamen verplicht zullen zijn, Ons en de Kroon daar
mee steeds zó veel van dienst te zijn als bepaald is in de verordening,
die door de Algemene Rijksadel goedgekeurd is, en ondertekend en
verzegeld in het jaar 1562. Gedateerd Stockholm, de 9e Augustus van
het jaar 1563".
Over het goed Hundhammar is na Willems overlijden onenigheid ont
staan tussen zijn erfgenamen en die van zijn Zweedse collega dr. Bengt
132
