lengde van het skelet, doet vermoeden dat de oorspronkelijke blinde
ringen bestonden uit ajour-gezaagd eikenhout63.
De bovenrand van de balustrade was oorspronkelijk voorzien van ba-
lusters, naar valt op te maken uit boorgaten in de onder-, en boven
regel. Op de pilaren waren waarschijnlijk eenvoudige gedraaide knop
pen geplaatst.
Het orgel was in de 17e eeuw reeds voorzien van een hemel. In de
rekeningen wordt deze aangeduid als "hemel" of "croon". Uit de laat
ste benaming blijkt dat het niet slechts om een eenvoudig klankbord
ging maar om een overwelving gesierd met een bekroning. Zeer waar
schijnlijk gaat de bestaande hemel in zijn grondvorm terug op deze 17e
eeuwse hemel. De koepel is te beschouwen als een reusachtige kroon
terwijl ook de vorm van de overwelving voor een 17e-eeuwse overwel
ving niet onaannemelijk is. Bovendien past de lSe eeuwse hemel zowel
in zijn totaliteit als in detail in het systeem van maatverhoudingen dat
aan de architectuur van het orgel ten grondslag ligt. In de kerkrekening
van 1664 komt een post voor betreffende de leverantie van 13V2 el
rood katoen64. Het is niet uitgesloten dat dit draperie voor de hemel
was. Waarschijnlijk is de hemel zowel om redenen van architectonische
als orgelbouwkundige aard aangebracht. Het orgel besloeg nauwelijks
de helft van het wandvlak, zodat het zonder bekroning een vrij nietige
indruk zou maken. De afstand tot het gewelf was aanzienlijk zodat tem
peratuurschommelingen tengevolge van invallend zonlicht of tocht ont
stemming zouden kunnen veroorzaken. Ook het richten van het geluid,
met name dat van het bovenwerk, kan een overweging geweest zijn.
Deze bezwaren werden door het aanbrengen van een hemel boven het
orgel ondervangen. Een hemel gaf het orgel meer aanzien, verhinderde
luchtverplaatsing en reflecteerde het geluid64a.
De engelen op de hoofdwerkkas en de vrouwefiguren boven de velden
van het rugpositief dateren uit 1643. Deze beelden zijn vervaardigd
door Aemoudt Rogaerdts, beeldhouwer te Vere en beschilderd door
Jeremias Brom, schilder te Vlissingen. Deze beelden waren oorspron
kelijk in fraaie kleuren beschilderd. De engelen hadden een groen
kleed met rode voering en vergulde zoom. Het lichaam was in vlees-
kleur beschilderd. Gordel, gespen en haar waren verguld. De veren
van de vleugels waren met afwisselende kleuren beschilderd: groen,
rood, grijs, violet en geel65.
De vrouwefiguren boven de velden van het rugpositief hadden een
azuurblauw kleed met vergulde zoom. Het haar was verguld, de hoofd
doek wit geschilderd. De wapens waren aan de buitenzijde groen, aan
de voorzijde rood met een vergulde rand en verder beschilderd met de
wapens van Goes en Borssele (deze heerlijkheid was destijds in het be
zit van de stad Goes) in de gebruikelijke kleuren.
66