HEINKENSZAND, HERVORMDE KERK
Het orgel van de Hervormde Kerk te Heinkenszand is in 1911 aange
kocht van de Hervormde Gemeente te Nisse. Het is in Nisse in 1788
aangeschaft uit een legaat van mej. S. Eijermeet, aangevuld met een
gift van de ambachtsheer J. T. Spijker en is 25 mei van dat jaar in
gebruik genomen94. Het wapenbord van de ambachtsheer Spijker dat
vroeger aan het orgel prijkte, is thans nog in de kerk te Nisse aanwezig.
Helaas zijn noch het bestek, noch de kerkrekeningen betreffende de
bouw van het orgel bewaard gebleven. Op grond van de grote gelij
kenis met het orgel in de Hervormde Kerk te Kloetinge valt dit orgel
echter met vrij grote zekerheid toe te schrijven aan de orgelbouwer H.
H. Hess te Gouda94a. De dispositie van het oorspronkelijk instrument is
niet bewaard gebleven. Aangezien het klavier in de achterzijde van de
orgelkas was aangebracht zal dit orgel geen bovenwerk hebben bezeten
als dat te Kloetinge. In de rechter middenstijl van de achterwand be
vinden zich nog acht openingen van de vroegere registertrekkers. De
linker stijl, die ten behoeve van het tegenwoordig windkanaal gedeel
telijk is verwijderd, zal een zelfde aantal hebben bevat. Verminderd
met extra registerknoppen voor tremulant, ventiel en gehalveerde
registers betekent dit een aantal van 11 a 12 registers. We kunnen hier
bij denken aan een bezetting als van het hoofdwerk van het Kloetingse
orgel. Uit openingen in het dak van de orgelkas is op te maken dat het
instrument een trompet 8' heeft bezeten. Naar men ter plaatse mee
deelde was het orgel in de kerk te Nisse vrij opgesteld in de koorboog.
Bij de overplaatsing naar Heinkenszand is het orgel ingrijpend gewij
zigd. Het instrument is door een pneumatisch werk van de fa. Spiering
te Dordrecht vervangen. Daarbij zijn nieuwe frontpijpen van zink aan
gebracht. Het front is om onverklaarbare redenen 1.04 m. ingekort.
De borstwering is op de balustrade geplaatst in plaats van rechtstreeks
op het hoofdgestel van het oxaal. De verhoudingen van het frontvlak
alsmede van de prestant zijn door deze wijziging totaal bedorven. Ge
lukkig zijn bij deze ingreep overigens geen essentiële onderdelen verlo
ren gegaan.
Het front is anders uitgevoerd dan dat van het orgel te Kloetinge. De
consoles van de torens zijn eenvoudiger en niet door lauwerkransen
met elkaar verbonden. De borstwering is in plaats daarvan versierd
met rechthoeken van opgelegde profielen met ingezwenkte hoeken,
voorzien van rozetten, een voor de Louis XVI stijl typerend motief.
De torens zijn smaller zij bevatten slechts vijf pijpen (gewoonlijk
zeven) de velden bijgevolg breder dan bij het Kloetingse orgel. Het
hoofdgestel van de torens is niet, als gebruikelijk, langs de zijkant van
de torens voortgezet, maar doorgetrokken boven de velden. Het hoofd-
88