hondert ende veertigh Caroli gulden voor vijftienhondert ende veertigh
Caroli gulden.
Om het geluijt van het orgel in de oude kerk van de Luterse gemeente
meer cragt te doen hebben soo diende nootsaekelik nog twee registers
pijpwerk bijgemaekt te worden boven het contract met de heren kerk-
meesteren gemaekt, te weten in het rughpositif o£ onderkas namentlik
een scharp ende een Trompet, het scharp sal beginnen uijt een voet
onder drij dick ende na boven vier, vijf ende ses dick, dit scharp sal
van onder tot boven voluijt gemaekt worden, ende ook gehalveert
konnen worden in de reghter ende Iincker handt. De Trompet sal
beginnen van de derde C na boven tot de hoogste C toe. Nog diende
nootsakelik aen gemelte orgel gemaekt te werden een vierde blaes-
balck van grote als die nu gemaekt sijn. Dit bovenstaende werk hebbe
aengenomen voor drijhondert en twintigh guldens den 9 januari Anno
1691.
Anno 1692 den 6 maert op dingsdag met de heer Adolph Visscher
geaccordeert voor 't maken ende veranderen vant prestant of voor-
staende pijpen van de nieuwe onderkas of rugpositief ende sal daer
voor genieten tien gulden ende een dubbelde ducaet apart van de
heer Visscher in presentie van mr. Rippelbergh en Hendrick Anders
organist.
Bovenstaende conditiën van tijd tot tijd gepasseert ende onderlingh
verdragen bij ons respective kerkmeesteren ende aennemer geappro-
beert ende getekent binnen Amsterdam desen 9en julij 1692.
Hier van authentiq copie gegeven
aen mr. Duytschot met communi
catie ende op ordre van de heer
president David Hunthum desen
23 julij 1692.
D. Hunthum
Joan Henrick Muysken
Laurens Johanson Abo
Adolf Visscher
Johannes Duytschodt orgel
maker.
Middelburg, Oostkerk.
Rapport betreffende de plaats van het orgel253.
Aanmerking over't plaatsen van den orgel in de Oostkerk.
Mijn heeren gelieven te weeten dat de muur van het portaal van de
kerk vijv voet dik is, en drie voet moet er uijt gebrooken worden, zoo
blijft er dan twee voet staan, en wie weet nu hoe dik of hoe diep het
steene werk in de muur zit, en hoe het in de muur aan malkander ge
koppeld zit, zoo er nu drie voet uijt gebrooken word, zo kan dat on
mogelijk niet anders weesen of het steene werk en het beeldhouwers-
121