noemd. Dit heeft waarschijnlijk betrekking op het samenvoegen van
de beide laden in een nieuwe orgelkas, want hoofd- en bovenwerk
moeten van omstreeks het midden van de 18e eeuw dateren. De orgel
kas is uit grenenhout vervaardigd en bezit beeldhouwwerk van goede
kwaliteit, aan de onderzijde van het front lofwerk, aan de bovenzijde
snijwerk bij wijze van draperie, zoals sinds het einde van de 18e eeuw
vaak werd toegepast. De onderbouw heeft neogotisch snijwerk, dat
waarschijnlijk uit 1874 dateert.
Het orgel van de Gasthuiskerk mag een waardevol historisch instru
ment worden genoemd. Het bovenwerk is wat minder goed geconser
veerd dan het hoofdwerk. Door het grenenhouten pijpwerk van holpijp,
octaaf en fluit heeft het bovenwerk een wat weke toon, maar we
moeten daarbij niet uit het oog verliezen, dat het van oorsprong een
huisorgel is geweest. De omwisseling van fluit 4' en octaaf 2' is te
betreuren, alsmede het verdwijnen van de woudfluit 2', fluit 1' bas en
quint 3' discant omdat het werkje daardoor zijn karakteristieke flui-
ten-pyramide heeft verloren. Het hoofdwerk is zeer goed bewaard ge
bleven en bezit een fraaie welluidende klank. Het regeerwerk is, be
halve de registerknoppen, nog geheel origineel. De windlade ligt be
neden de klavieren en de ventielen staan door middel van een drukkers
mechaniek met de toetsen in verbuiding. Zowel het pijpwerk als de
lade en het mechaniek verraden de hand van een kundig orgelmaker.
Wellicht leidt deze beschrijving tot nadere opheldering.
MIDDELBURG, KOORKERK
Sinds de reformatie is het koor van de Abdijkerk afgezonderd tot een
aparte ruimte, die als Koorkerk bekend staat. In deze kerk is in 1859
een orgel geplaatst vervaardigd door W.H. Kam te Rotterdam. Dit
instrument ging bij het bombardement van 17 mei 1940 verloren en
had deze dispositie67:
1. Bourdon 16' 6. Octaaf 2' Pedaal:
2. Prestant 8' 7. Quintprestant 3' Subbas 16'
3. Roerfluit 8' 8. Cornet 5 st.
4. Octaaf 4' 9. Trompet 8'
5. Ged.Fluit 4' 10. Hobo 8'
MIDDELBURG, LUTHERSE KERK
De geschiedenis van dit orgel begint in het eerste kerkgebouw van de
Lutherse Gemeente, dat zich in de zogenaamde Suikerpoort in de Spui
straat bevond. Het was een klein langwerpig gebouw met een spitse
49
