VERSLAG OVER DE TOESTAND EN DE
WERKZAAMHEDEN VAN HET GENOOT
SCHAP GEDURENDE HET JAAR 1973
UITGEBRACHT DOOR DE SECRETARIS IN DE ALGEMENE VERGADERING VAN
6 MEI 1974
In het licht der eeuwenlange historie van het Genootschap is het jaar
1973 wellicht geen bijzonder jaar; naar het gevoelen van uw verslag
gever vallen er echter gebeurtenissen te vermelden, die voor de toe
komst meer dan korte-termijn-betekenis hebben.
Onmiskenbaar begint zich een zekere kentering voor te doen in de
werkzaamheden van het Genootschap: een verschuiving van zorg
voor de eigen bezittingen met de daaraan gepaard gaande zelfwerk
zaamheid van een betrekkelijk kleine kring van leden naar een bunde
ling van in Zeeland aanwezige krachten tot een forum van zo hoog
mogelijk wetenschappelijk niveau, waar de maatschappelijk relevante
ontwikkelingen in rust en objectiviteit kunnen worden beschouwd en
gewogen.
In het verslagjaar manifesteerde dit proces zich door beslissingen ten
aanzien van de bezittingen van het Genootschap die resulteren in een
minder zware beheerstaak over onze goederen.
Het gebouw aan de Wagenaarstraat, waarin tot voor enige jaren het
Museum was gehuisvest, werd na lange onderhandelingen verkocht.
Het hoofdgebouw werd aangekocht door de Vereniging "Hendrick
de Keyser", de aanbouw door de Gereformeerde Kerk te Middelburg.
Bij de verkoop was niet betrokken een gedeelte van het achterterrein,
dat in handen van de Gemeente Middelburg zal overgaan en als "De
Stoppelaarplein" de herinnering levend zal houden aan de man die
eertijds het Genootschap in staat stelde het gebouw in eigendom te
verwerven.
De houten gevel, die tegen het gebouw is bevestigd bleef eigendom
van het Genootschap. De vraag of betimmering en waardevolle tegels
in een der bovenkamers al of niet moesten worden meeverkocht werd
radicaal opgelost doordat in de zomermaanden inbrekers de tegels
loswrikten en meenamen. Dankzij het voortreffelijke werk van de
Middelburgse recherche konden circa 100 vrij gave en 40 enigszins
beschadigde tegels worden achterhaald; herplaatsing in het gebouw
leek echter niet de aangewezen oplossing, zodat naar een andere
plaats wordt gezocht voor wederopbouw van de haardpartij met bij
behorende deuren.
Het gehele archief van het Genootschap, met uitzondering van het
lopend archief, werd in bewaring gegeven aan het Rijksarchief te
7