3 juni daarop gevolgd door zijn zoon Johannes van der Weele, die
met hem samenwerkte176, Frederik van der Weele heeft zich met het
orgelmaken geen fortuin verworven. De memorie van successie ver
meldt een bedrag van 1516, waaronder zijn huis "De kleine Mor
tier" aan de Seisdam. Op grond van de nog bewaard gebleven orgels
en het oordeel van de tijdgenoten mogen we Van der Weele als een
kundig orgelmaker beschouwen. Het feit, dat hij zich nauwelijks op
het gebied van de kerkorgelbouw heeft bewogen wil niet zeggen, dat
hij daartoe de capaciteiten miste. Afgezien van de vraag of hij een
positie als kerkorgelbouwer ambieerde, valt zijn geringe werkzaam
heid op dit terrein uit de ongunstige tijdsomstandigheden te verklaren.
Juist toen hij door de orgels van de Lutherse en Engelse Kerk te Vlis-
singen enige reputatie als kerkorgelbouwer had verworven, begon een
periode van onzekerheid en ongunstige conjunctuur ten gevolge van de
Franse Revolutie. In de Bataafse tijd werden in Zeeland vrijwel geen
nieuwe orgels aangeschaft en in de eerste helft van de 19e eeuw vol
stond men meestal met huisorgels. Aan bekwaamheid heeft het Van
der Weele zeker niet ontbroken, dat bewijzen de vele gunstige uitspra
ken over zijn werk en ook het instrument, dat de aanleiding is tot deze
beschouwing, geeft blijk van grote vakbekwaamheid.
Het orgel in het Zeeuws Museum heeft deze dispositie:
Bas:
Discant:
1. Holpijp 8'
1. Holpijp 8'
2. Fluit 4'
2. Viola di gamba
3. Octaaf 2'
3. Prestant4'
Tremulant
4. Fluit 4'
Pianotrede
5. Octaaf 2'
Ventiel
6. Quint 3'
Klavieromvang C-f'".
Het instrument is van een zeer fraai makelij. Alle onderdelen van de
balg tot het kleinste pijpwerk toe zijn met grote accuratesse vervaar
digd. Het orgel heeft een oorspronkelijke magazijnbalg, met een
schepbalg aan de onderzijde, die met een daartegen glijdende trede in
beweging wordt gebracht. Op de balg rust een staaldraad, die in ver
binding staat met een koperen knop naast het klavier, zodat de stand
van de balg kan worden afgelezen. Een soortgelijke knop aan de
linkerzijde staat in verbinding met het ventiel.
Een bijzonderheid van dit orgel is de pianotrede. Deze bevindt zich
aan de linkerzijde van het orgel en is via een stalen beugel verbonden
met een extra serie slepen boven die van octaaf 2' en quint 3'. Met
deze trede kunnen genoemde registers onafhankelijk van de register
knoppen worden uitgeschakeld, zodat zonder het spel te onderbreken
van registratie kan worden gewisseld. Hoewel de pianotrede niet
direct als een uitvinding van Van der Weele mag worden beschouwd
86