De enige wijziging, die het instrument heeft ondergaan is het toevoe gen van het klein octaaf aan de oorspronkelijke fluittravers 8' dis cant186. De subbas 16' is in 1928 toegevoegd. Het orgel is van een zeer degelijke makelij. De klank is, zoals de dispositie doet vermoeden, vrij zoet en typerend voor de romantische bouwtrant van het midden van de vorige eeuw. VLISSINGEN, DOOPSGEZINDE KERK De Doopsgezinde Gemeente te Vlissingen kocht in 1848 een kabinet orgel aan van C.P. van Sprang, orgelmaker te Vlissingen. Dit orgeltje had deze dispositie: 1. Prestant 8' disc. 4. Fluit 4' 2. Holpijp 8' 5. Octaaf 2' 3. Prestant 4' 6. Cornet 3 st. Tremulant, ventiel. Mogelijk was dit werkje door Van Sprang gebouwd. Het heeft dienst gedaan tot 1909 toen men een orgelharmonium aanschafte187. VLISSINGEN, VOORMALIGE ENGELSE KERK Het noordelijk gedeelte van het transept van de St.Jacobskerk te Vlis singen was tot de brand van de kerk in 1911 met een muur daarvan afgezonderd en diende als kerkgebouw voor de Engelse Gemeente. Bij de brand van 1911 ging ook het orgel verloren, dat de Middelburgse orgelmaker Frederik van der Weele in 1792 voor deze gemeente had gebouwd. Januari 1792 had de kerkeraad van de Engelse Gemeente tot de bouw van dit orgel besloten daar de gemeentezang veel te wensen overliet. Het benodigde bedrag was in maart al bijeengebracht. Men kon toen met Frederik van der Weele overleg plegen over de aard en de omvang van het instrument188. Daaruit resulteerde een overeenkomst voor de bouw van een orgel met twee klavieren en elf registers189. Ruim een jaar later was dit instrument gereed. Het werd gekeurd door Hendrik Spernay, organist te Vlissingen, en de Middelburgse stadsorganist Willem Lootens, die zich beiden zeer tevreden toonden over Van der Weele's werk: het instrument was met grote accuratesse vervaardigd en ook op de intonatie en stemming was niets aan te merken. Van der Weele had als toegift nog een superoctaaf 1op het onderklavier aan gebracht, maar was van het bestek afgeweken door in plaats van de basson 8' discant een trompet 8' aan te brengen190. Het orgel had na de oplevering deze dispositie: 91

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1974 | | pagina 91