afzonderlijk standpunt moest innemen. Ik heb daar meermalen de be
wijzen van gezien en herinner mij nog dat het Kamerlid De Lom de
Berg 96 zich liet veroordeelen en de zaak voor den Hoogen Raad bragt
101. om te doen uitmaken dat men in Limburg niet al zijne schoorsteenen
behoefde aan te geven °7. Nu was het Ministerie voor een moeijelijk
geval. Diende men de wet in en ging die door dan was er veel kans dat
het Ministerie zou vallen en de liberale partij in de minderheid zou
komen. Nu schreven de Ministers Thorbecke en Betz 98 brieven aan
hunne vrienden in Limburg, kennis gevende dat als men in Limburg
het Ministerie bleef steunen het wetsontwerp op de lange baan zou
worden geschoven. Cornelis, een liberaal Kamerlid, zeide dat dat in
Limburg algemeen bekend was maar dat de vriend van Betz in Lim
burg diens brief in de herberg had laten liggen zoodat die door ande
ren werd afgeschreven, terwijl de vriend van Thorbecke, Van der
Maesen de Sombreff, den inhoud van den brief van Thorbecke alleen
mondeling mededeelde Dat dit zoo is geweest kan men ook wel af
leiden daaruit dat de Minister van Financiën Betz wel niet alzoo zou
gehandeld hebben zonder toestemming en goedkeuring van Thorbecke.
Het eind van de geschiedenis was dat Betz moest aftreden, doch Thor
becke wien men niet afdoende kon bestrijden als Minister aanbleef.
102. Dit is het eenige geval naar mijn weten waarin Thorbecke niet zuiver
gehandeld heeft. Hij moge in verschillende opzigten vreemd zijn ge
weest, maar ik heb hem altoos als eerlijken man gekend. Ik zeg niet in
geldzaken want in dat opzigt heb ik nooit eenen Minister gekend wien
men daarvan zelfs verdacht, maar ik bedoel ook in politieke zaken.
Wat ik echter nog niet goedkeur is de zamenstelling van Sneek tot een
[drie-]dubbel kiesdistrict. Thorbecke had de fout die ik tot mijne spijt
ongeveer bij ieder moest waarnemen, dat hij niet altoos veel hechtte
aan de regelen door hem zeiven gesteld. Alle liberalen verlangden het
stelsel van de dubbele kiesdistricten, omdat de enkele kiesdistricten
veel reden gaven om aan te nemen dat de meer kundige achteruit zou
gezet worden tegenover hem die op een kleiner terrein grooten invloed
kon uitoefenen indien hij over rijkdom kon beschikken. Dat nam niet
weg dat Thorbecke o.a. in Zeeland en Zuid-Holland drie h vier enkel
voudige districten naast elkander liet bestaan: Goes, Zierikzee, Den
Briel en ik meen nog één. Een driedubbel district had zich nog niet
voorgedaan. Sneek met twee vertegenwoordigers was liberaal. Een
103. enkel district daarnaast was het niet. Nu werd dit bij Sneek ingedeeld.
Duidelijk dus om op die wijze een district te bekomen dat drie liberale
leden zou afvaardigen. Die manier van handelen om het liberalisme
te versterken achtte ik niet geoorloofd en ik heb er mij dan ook sterk
tegen verzet, waarin ik echter bij de liberale meerderheid niet slaag
de 10°.
Ik ben in beginsel altoos geweest voor het algemeen stemregt, doch
115