72. Hoezeer is men daarvan afgeweken.
73. Als gematigd konservatief steunde Thorbecke eerst Willem I maar sinds eind
jaren 1830 evolueerde hij naar het liberalisme. Reeds in 1844 spraken hij en
de 9-mannen zich uit voor rechtstreekse verkiezing van de Tweede Kamer.
74. Dr. G.W.H. van Kaathoven.
75. Thorbecke voegde echter Van Houten in 1871 toe: 'Van mijne zijde wil ik
gaarne liberaal genoemd zijn en blijven: maar dan geteld worden onder de op
bouwende, organiseerende, niet onder de polemiseerende enkel negatieve libera
len'. Thorbecke, Onuitgegeven Redevoeringen, VI, 255.
76. Vgl. 8353.
77. J.T. ter Bruggen Hugenholtz.
78. Vgl. 21 en 2Is.
79. In Staatsblad niet getraceerd.
80. Mr. A.C. van Heusde.
81. Voorjaar 1868.
82. Op 4 januari 1871 werd het kabinet Van Bosse-Fock afgelost door de 3e
regering Thorbecke. Eerstgenoemd kabinet was echter al het gehele najaar
zieltogende, wegens interne zwakheid; Van Weideren Rengers, Schets, 438, 442;
toen T. echter niet meer het kabinet steunde was er geen redden meer aan.
83. Jhr. J.A.G.A. van Nispen van Sevenaer.
84. Vgl. Ising, In de Kamers, 11 vlg.
85. Lid in: 1864-77, Voorzitter in: 1877-84.
86. Trage verbetering stenogrammen en Thorbecke's bezwaar tegen hoger tempo:
Cramer, Wandelingen, X, 5 vlg.; anekdote p. 94 uit 1864-67, periode voorz.
Wintgens.
87. Zijn Parlementaire Redevoeringen 1840-1886. 6 dln., Deventer, 1856-70.
88. Jhr. mr. M.G. Paspoort van Grijpskerke.
89. D.P.G.H. de Superville.
90. Te Leiden.
91. Zie: Bornewasser, 'Thorbecke en de Kerken'.
92. Speelt in 1871, vgl. 1, l56, 2, 275.
93. Mr. J.P.R. Tak van Poortvliet.
94. A. Muller.
95. Dit speelde bij de verkiezingen van 1864.
96. Mr. P.L. de Lom de Berg.
97. NI. voor de personele belasting.
98. G.H. Betz' beleid inzake de grondbelasting in Limburg: Van Weideren
Rengers, Schets, I, 295, 303 vlg.
99. Volgens een andere versie had juist Van der Maesen de Sombreff Betz' brief
op kompromittante wijze bekend laten worden: Van Weideren Rengers, Ibidem,
316 vlg..; De Vrankrijker, Belastingen, 84, 85, 88.
130