NOTEN BIJ HOOFDSTUK I
1. Mr. L.A. Lightenvelt.
2. Mr. A.J.L. Borret.
3. De oprichting van r.k. bisdommen en de installatie van hun kerkelijke
funktionarissen in 1853 leek veel protestanten een bedreiging van het reforma
torische karakter der natie. Tijdens de Aprilbeweging richtte een felle antipapis
tische stemming zich tegen het liberale kabinet Thorbecke dat volledige gods
dienstvrijheid voorstond. De agitatie verschafte konservatieve groot-protestanten,
Willem III en Van Hall gelegenheid om Thorbecke te wippen en nieuwe ver
kiezingen te doen houden die in het nadeel der liberalen uitvielen. De April-
agitatie kwetste de katholieken zodat, wegens de verbittering onder zijn geloofs
genoten, zelfs de niet-praktiserende Lightenvelt als minister geen deel kon hebben
aan de verdediging van het (overigens weinig betekenende) wetsvoorstel voor
een zeker preventief toezicht op de kerkgenootschappen. Daarom zond Van Hall
hem op een bij voorbaat mislukte missie naar Rome om er namens de regering
te pleiten tegen bisschopszetels in Utrecht en Haarlem. Rogier, Katholieke her
leving61 vlg., 73, 80 vlg., 95 vlg.
4. De Kamerontbinding van april 1853 leidde onder invloed van de Aprilagitatie
tot de liberale verkiezingsnederlaag van mei 1853.
5. Het gaat hier om koning en minister van Buitenlandse Zaken, Willem III en
Mr. J.P.P. baron van Zuylen van Nijevelt.
6. Willem III was evenals de regering Thorbecke verstoord omdat de paus Den
Haag niet vooraf had geraadpleegd inzake de nieuwe bisdommen. De vorst was
geneigd om met krasse maatregelen te dreigen (zie ook: 19, 20, 51, 65, 69);
daarom moest toen, verbaal althans, de pauselijke havenstad Civitavecchia het
ontgelden.
7. Mr. F.A. van Hall's eerste kabinet: 1853-56.
8. Mr. W.H. Dullert.
9. De benoemingspolitiek van de regering Thorbecke had het ambtenmonopolie
van de traditionele aristokratie zelfs in gemeente en provincie aangetast; daarop
kon men eigenlijk een reaktie verwachten van Van Hall's kabinet van de zgn.
tegenovergestelde richting.
10. W. ter Winkel. De geneeskundige dienst van het Hof: lijfarts prof. Everard;
geneesheren dr. Vinkhuyzen en dr. Mirandolle; heelmeester Ter Winkel.
11. Anna Paulowna.
12. Thorbecke's eerste kabinet: 1849-53.
13. J.C. Anemaet.
14. Mr. G. van IJsselstein.
15. A.W.P. Weitzel.
16. Anna Paulowna.
64