Dog alvorens daartoe overgaande, dient nog ten slot van 't oude orgel
aangetekend, dat het zelve bij continuatie onder het kerkgezang ge
durende de bouwing van't nieuw orgel is gebruikt geworden, zijnde
vier dagen voor de inwijding van't nieuwe, de laatste dienst met het
zelve verricht, op zondag den 16 december 1770, dus heeft dit orgel
tweehondert een en twintig jaaren, de kerk tot dienst verstrekt.
Beschrijving van het orgel gebouwd door J.H.H. Batz door W. Loo-
tens128.
Na dat bij haar edele groot achtbare, de heeren burgemeesteren en
regeerders deser stad, mitsgaders de heeren president en kerkmeeste-
ren van de Groote of St. Lievensmonsterkerk was geresolveerd en
vastgesteld, het maaken van een nieuw orgel in de voornoemde kerk,
wierd daartoe in den maand juny van den jare 1768 beschreve en
herwaards ontboden, de meergemelde Johan Hendrik Hartman Batz,
meester orgelmaker in Utrecht. Teffens had ik d'eer, van insgelijks
door haar edel groot achtbaare geroepen te werden, ten einde om
met den organist van gemelde stad Johan Pieterze Lootens, gezament-
lijk te ontwerpen alle benodigde plans, en bestekken tot het zelve.
Dus wierd op den 30 juny een dispositie geformeerd van sesenveertig
registers, bestaande in 26 fluitstemmen, 10 vulstemmen, en 10 tong
werken onder dezelve zeven van 16 voeten en daar van drie gedekt,
de overige 16 voets open. Hiertoe wierden bepaald zeven stuks secreet
of windladen, als twee voor 't manuaal, twee voor't bovenmanuaal,
twee voor't pedaal en een voor het rugpositief. Voorts negen blaas
balgen ider 7 voet lang en 4 voet 5 duim breet. Vier sperventielen of
wintsluitingen, en twee tremulanten. Drie handclavieren ider van 51
toetsen, gaande van groot C tot drie getreken d, een petaal clavier
van groot C tot d ééngestreken, dus 27 toetsen. Tot elk clavier een
gehalveerde koppeling, wijders tot alle prestant pijpen gepolijst zuiver
engelsch tin met verhoogde labiums, de mengeling van't metaal tot de
binnen staande pijpen, onder 100 pont loot 35 pont best tin. En ein
delijk de toon van het orgel, bepaald op fluyt-of kamertoon.
Deese dispositie ontworpen, wierd een concept tot een volledig bestek
ingerigt, en aan haar edel groot achtbare gepresenteerd, waar na op
den 5de july deszelven jaars, het werk den orgelmaker wierd aanbe
steed voor een somme van negentien duisent en vijfhondert guldens,
beneffens vrij transporten, een faciele werkplaats, benodigd ijzerwerk,
stellingen tot de blaasbalch en wintiaden, vuur en ligt, als ook een
hantlanger of balchentreder, teffens verbond zig den aannemer om
het werk binnen drie en een half jaar compleet op te leveren. Onder-
tussche wierd door den orgelmaker, de organisten, en den stadsfabriek
168