zelfstandig. Hij bouwde onder meer orgels te Sloten (1786), Jorwerd (1799) en Marsum (1804) en vooral aan het einde van zijn leven veel huisorgels. Hij mag als een bekwaam orgelbouwer worden be schouwd16. Blijkens een inscriptie op de C van de fluit 4' was het orgel een geschenk van Eelke Reinders17. De inscriptie op de pijp luidt als volgt: dit orgel is gebouwd door Albertus Gruysen te Leeuwarden, werd in 1794 door Eelke Reinders huisvrouw van Eelke Wiggers aan de Hervormde Gemeente te Ee geschonken. Toch nam de kerk ook nog enige uitgaven voor haar rekening. De kerkrekening over 1794 vermeldt een betaling van 400 aan Van Gruysen en die over 1795 een bedrag van 80 aan Jan IJgers voor twee engelen aan de vleugels van het orgel. Op 13 augustus 1794 werd het orgel in gebruik ge nomen. Volgens het bericht in de Boekzaal was het orgel door Gosling Janze organist te Dokkum en Van der Meulen, organist te Leeuwarden "zeer voldoende bevonden" en als een meesterwerk gekwalificeerd.18 De reparaties aan het orgel zijn weinig talrijk geweest. In 1808 werd het orgel geschilderd en verguld. De eerste eigenlijke herstelling vond in 1851 plaats door W. Hardorff te Leeuwarden voor 288. Een halve eeuw later, in 1899 voerde de fa. Bakker en Timmenga een reparatie uit voor 160, bedragen die slechts een schoonmaakbeurt doen veronderstellen. Aan het einde van de eerste wereldoorlog be raamde de kerkvoogdij te Ee plannen om een nieuw orgel te laten bouwen. Men besloot voorlopig betere tijden af te wachten, maar in 1922 werd reeds een orgel besteld bij de fa. Dekker te Goes. Het oude orgel verhuisde toen naar de Hervormde Evangelisatie te Kla- zinaveen. In 1951 werd het aangekocht door de Hervormde Gemeente te Burgh. De fa. Van Vulpen te Utrecht verzorgde in 1951 de plaatsing en restauratie van het orgel. De dispositie bleef ongewijzigd maar de klank onderging een verandering doordat de winddruk tot 40 mm werd verlaagd en de pijpvoeten werden verwijd. Verder werden nieuwe kanalen en registerknoppen aangebracht. De kast werd afge- loogd en opnieuw geschilderd. Sindsdien is de windlade ten gevolge van de heteluchtverwarming dermate lek geworden dat het instrument nauwelijks meer te bespelen is. De Hervormde Gemeente heeft be sloten tot restauratie over te gaan; deze zal vermoedelijk in 1977 plaatsvinden. De restauratie zal in hoofdzaak bestaan in het herstellen van de windlade, het terugbrengen van de oorspronkelijke winddruk, het ongedaan maken van de verwijding van de pijpvoeten en her intonatie van het pijpwerk. Hoewel het orgel thans zeer gebrekkig klinkt, kan toch worden vast gesteld dat het een voortreffelijke kwaliteit in zich heeft. Vooral de fluiten zijn zeer mooi van toon. Het is een typisch Van Gruysen-in- strument, een werk van een orgelbouwer die vooral het element van 101

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1976 | | pagina 99