wist te winnen. Voor Middelburg was het een geluk dat zijn zwager Pické kon worden overgehaald om de ledige plaats in te nemen. Zijne benoeming was een aan velen aangenaam Kerstgeschenk. In Febr. [1879] bezocht de prins van Wales, onze stad, en zelfs de sociëteit St Joris 82 Hij kwam ook in den winkel van oud porcelein van Bal in de Kromme weele 82. Toevallig was ik in de gelegenheid om Bal opmerkzaam te doen maken op enkele groote porceleinen schalen, waarop de Kaapstad en de retour vloot der O.I. Comp. voorgesteld was. De prins kocht er eenigen van, en op verzoek van den vice consul de Bruyne gaf ik eene beschrijving van die fraaie schotels en van de daarop voorkomende wapenschilden. Ons huiselijk leven ging rustig voorbij. Mijn arm beterde goed, zoodat wij op den 3 Febr. in het logement "De Nieuwe Doelen" het zilveren bruiloftsfeest konden bijwonen van onze vrienden Koch. Op den 11 Maart stierf, na eenige weken te voren van tweelingen be vallen te zijn, onze vriendin Marie Francken in het vorige jaar ge trouwd met onzen vriend Lasonder. Het was een treurig sterfgeval. Zijn eerste meisje, Henriette Lotschins had ook bij ons gelogeerd, kwam stemloos van een feest te Goes terug, kreeg de tering en overleed na lang lijden. Toen met Marie verbonden had deze bij ons eenige weken doorgebracht. Wij hadden dat huishouden zoo gelukkig zien aanvangen en door deze ramp werd het zoo droevig gestoord, te tra gischer daar Lasonder meer en meer van den gewonen weg afraakte, zijne zaken onordelijk en slecht beheerde en zich in zooveel moeilijk heden verwarde dat zijn verblijf te Middelburg treurig geëindigd is. In het laatst van Mei reisden wij naar Utr. Onder de aangename her inneringen behoort een uitstapje met oom en tante Dompeling naar Baarn en Soestdijk, waar wij met overheerlijk weer bij den bosch wachter een eenvoudig middagmaal in de open lucht gebruikten en 's av. over Hilversum recht voldaan te huis kwamen. Een paar dagen daarna vertrokken we in gezelschap van mijn schoon vader naar Leeuwarden om op den 29 het gouden bruiloftsfeest mijner lieve oudste zuster [A.M. Proes-Nagtglas] te vieren, terwijl haar beste man [L. Proes] ook zijn 50 jarigen Evangeliedienst herdacht. Een zon van zegen en geluk, dankbaar genoten, straalde tijdens die onvergete lijke dagen in dat vriendelijke huis en in die goede trouwe harten. Hier zagen wij hoe liefde, vriendschap en gezondheid een laten levensavond heerlijk verhelderen kunnen. Tallooze herinneringen uit de rozige dagen der kindsheid en vooral uit het liefelijke Doorn, dat we in Utrecht zijnde nog bezocht hadden, kwamen in die genotvolle dagen weder met heldere kleuren, voor mijn geest. Op het dessert van het feestmaal droeg onze Jeanne in Walcherse dracht, dat haar uitnemend goed stond, een rijmpje in boerendialect voor. Onder de oude beken den die ik met genoegen ontmoette was ook mijn vriend Abr. Jan de 120

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1977 | | pagina 118