gedaan loofwerk beschilderd zullen zijn.65 Gezien de grote hoeveel heden gebruikte goudverf valt in dit geval te denken aan een versie ring in gouden uitvoering. Het is aannemelijk, dat de zoldering van de Zeeuwse Statenzaal door de versiering een gouden accent heeft ge kregen, in tegenstelling tot de algemene opmerking van De Lairesse op dit punt. Het gebroken rood als "fond" diende te contrasteren met de versiering in goudverf. Rond de drie ramen waren loofwerk en festons aangebracht. De schoorsteen vormt in elk interieur min of meer een centraal punt. Dit was ook in de Zeeuwse Statenzaal het geval. Oorspronkelijk zal hij overeenkomst vertoond hebben met het gotische exemplaar dos a dos, met name die in de Kamer voor Gecommitteerde Raden. Het dwarsprofiel van dit gotische exemplaar is ons bekend uit een op- metingstekening uit 1892. Het front van zo'n gotische schoorsteen partij is te zien op afbeelding 10 met de aftekening van de westwand van de Kamer voor Gecommitteerde Raden. De vermelde tekening uit 1892 geeft voor de oude Statenzaal een midden 17de-eeuws model weer. Dit model toont verrassende overeenkomsten met de exem plaren, aanwezig in het Paleis op de Dam. Vermoedelijk is dit de vorm uit het jaar 1679, en is deze in grote lijnen hetzelfde gebleven tot aan de restauratie van Frederiks aan het einde der 19de eeuw. Een op vallend element in de aankleding van het interieur is het wapen van Zeeland met het portret van de Vader des Vaderlands en de wapens van de stemhebbende steden. Het tapijt met deze voorstelling hing tegen de rechtopgaande schouwkap. Twee gesneden 'kerdoesen' steun den de kap, die een betrekkelijk grote "voorsprong" in de te verwar men ruimte had. Weerszijden van de kap was een festonversiering aan gebracht. Voorts wordt in de rekening van Der Kinderen gesproken over een gebeeldhouwd formeel aan de schouw. Deze post vormt een belangrijk detail in de vormgeving van het bovengedeelte daarvan.66 Teneinde hiervan enige voorbeelden te geven: het exemplaar van de Trèveszaal in het Haagse Binnenhof, het Paleis op de Dam te Am sterdam en een schouw, eveneens uit Den Haag afkomstig, vroeger aanwezig in een huis op de Groenmarkt, nu te zien in het Gemeente museum aldaar. Het formeel was uitbundig versierd met loofwerk, stellig in gouden tint geverfd, en naar wij mogen aannemen bekroond door het wapen van Zeeland (deze veronderstelling is gebaseerd op de activiteiten van Der Kinderen inzake dit wapen). Boven de balk stond een inscriptie in gesneden hoofdletters, een herinnering aan de vertimmering: "de mogendheden over u gestelt weest onderdanig 1679".67 De "jeruzalems veren" als ornament completeerde de deco ratie aan de schouw in dit 17de-eeuwse interieur. Voorts waren er pilasters aan de wanden en een lijst boven de tapijten; het is niet duidelijk hoe we ons dit moeten voorstellen. Het is geen 34

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1978 | | pagina 52