55 extra betaling omdat de marge tussen de som, waarvoor hij het werk had aangenomen en de benodigde materialen naar zijn oordeel te klein was. In de kantlijn van zijn verzoek om uitbetaling na het op leveren van het werk staat het commentaar van Kaijser "het werk is mager in de pleijster en vrij lugt in de rietgrondt aangelegt, en zeer nodig, dat er alvorens het vertrek worde opgeschildert noch een melk van pleijster over heen getrokken zij, de verdere opgave van den suppliant en klagten wegens de geringe winst komen ondergeschreven niet vreemdt voor, 't was beter dat de werkluijden een ordentelijk loon bedongen en haar werk in order opleverden, dan dat zij om eikanderen te jagen onder de prijs aannemen en naderhandt bijslag versoeken. Dit heeft onderschreven bij het aanbesteden ook aan den suppliant ge- segt". Een en ander zal de kwaliteit van het werk bij de opknapbeurt niet ten goede zijn gekomen. 5. Het interieur na het opknappen Aan de rekeningen kunnen de volgende bijzonderheden over de aan kleding en decoratie van de Statenzaal worden ontleend: Er zijn geen bijzonderheden bekend over het door Jacobus Montanie uitgevoerde stucwerk. Afbeelding 3 (1892) doet veronderstellen, dat tussen het plafond en de wand een koof was aangebracht, die wellicht versierd was naar de stijlopvattingen van die dagen. Denkbaar zou zijn bij voorbeeld een koof met vier putti in de assen van het vertrek en eenzelfde aantal bloemkorven of iets dergelijks in de hoeken. Het nieuwe plafond, waarover een stuclaag werd gepleisterd, was oor zaak van het verdwijnen van de inscriptie uit 1679 boven aan de schouw. De oude schoorsteenkap is in grote lijnen gehandhaafd. Enige eigentijdse ornamenten werden aangebracht, 's Lands beeldhouwer Jacobus van der Bilt heeft een bijdrage geleverd aan het snijwerk voor de schouw: twee consoles met leeuwenkoppen, de schouwlijst "en de platte band met holen gestooken". Eveneens werden door Van der Bilt bepaalde details geleverd voor de kachel. Er zijn ornamenten door hem vervaardigd met de bedoeling deze na te laten gieten. Het ging om "het merk", de 14 rozetten per poot en de twee stukken boven op de randen. Waarschijnlijk is hier sprake geweest van een koperen versiering uit de Lodewijk XVI periode aan een grote ijzeren kachel, die door middel van een koperen pijp met het schoorsteenkanaal ver bonden was.117 Van der Bilt leverde in 1785 eveneens twee gebeeldhouwde Corin- tische kapitelen. Het is niet bekend waarvoor deze kapitelen gediend hebben. Wel valt er rekening mee te houden dat bij de werkzaam heden van de opknapbeurt de wandopbouw waarschijnlijk een veran dering heeft ondergaan. Op afb. 14 ziet men twee pilasters in de zuid west hoek van de zaal. Heeft M. de Sallieth, de vervaardiger van de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1978 | | pagina 73