maar 42 wapens werden geborduurd voor de 42 gewone stoelen en één armstoel. Zou het wapen van de stadhouder boven aan de rug leuning van de "fluwelen" armstoel in hout zijn uitgesneden? Resumerend kan het volgende worden vastgesteld: Bij de opknapbeurt in het laatste kwart der 18de eeuw komen de posten van het vervaar digen der stoelen en de bekleding meer met elkaar overeen dan in 1679 het geval was. Niet in de laatste plaats is dit te verklaren door de versiering en afwerking der vervaardigde stoelen. De eenvoudiger opzet bij deze tweede opknapbeurt spreekt niet alleen hieruit. De uit voering van de stadhoudersstoel is bij voorbeeld ook een bewijs.121 De aanschaf van de damasten gordijnen voor de grote ramen zal een vrij belangrijke verandering in het interieur van de zaal betekend hebben. De vergaderzaal werd in de 18de eeuw regelmatig gebruikt; deze omstandigheden brachten met zich mee dat na honderd jaar de stoelen en enkele andere onderdelen van het meubilair aan vernieu wing toe waren. Voorts nog een bijzonderheid over de aankleding van het interieur in de Kamer voor Gecommitteerde Raden: In het eerste Kaijser-rapport werd het voorstel gedaan de kast in de hoek van de zogenaamde kleine Raadkamer (dat is dus deze kamer) uit te breken. Ongetwijfeld heeft een geheel nieuwe boekenkast, die toen vervaardigd is, de plaats inge nomen van het oude exemplaar. De afbeeldingen 18 en 19 kloppen met de gegevens in de rekeningen van Van der Bilt; hij maakte vier "doeckfestonen", vier "stuken" in de pilasters en een stuk boven in het frontespies122; de blikslager vlocht acht ramen van blank koper draad en de binnenbekleding bestond uit groen zijden taf, waarmede ook de deuren bespannen waren. 6. Conclusie Samenvattend kunnen wij dus zeggen, dat de Statenzaal in 1784 en volgende jaren op niet al te kostbare wijze is opgeknapt maar daarbij toch van een eigentijds accent voorzien.123 Ook zijn nieuwe stoelen aangeschaft. Een ingrijpende verbouwing is achterwege gebleven, hoe wel de Statenleden een algehele vertimmering "embelissement" gaar ne zouden hebben gezien. De tijdsomstandigheden werden als reden aangevoerd. Mogelijk heeft de wens tot behoud van de wandtapijten een rol gespeeld bij de beperkingen, die men zich bij de opknapbeurt oplegde. DE STATENZAAL IN DE 19DE EEUW Het einde van de 18de eeuw stond in het teken van politieke veran deringen, die de ondergang met zich meebrachten van het souvereine 58

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1978 | | pagina 76