meentewapens in dat deel van Frankrijk, dat als Bourgogne bekend is gebleven, terwijl de Noord-Brabantse gemeente Bergeijk, als enige in Europa, het volledige wapenschild van hertog Karei de Stoute voert. 22. DE DRIE LINIES VAN BOURGONDIË Van hertog Philips de Stoute (1363-1404) stammen drie linies van het Bourgondische huis af, waarvan de oudste in mannelijke lijn geëindigd is bij de dood van hertog Karei de Stoute in 1477. De tweede linie werd gevormd door drie hertogen van Brabant, Antonie (1406-1415) en zijn zoons Jan IV (1415-1427) en Philips "van St-Pol" 1427-1430). De derde linie was die van Philips van Bourgondië, graaf van Nevers en Rethel 1404-1415) en zijn zoons Karei (1415-1464) en Jan (1464-1491). Al deze vorsten voerden een gekwartileerd wapen met in 1 en 4 de Franse lelies met een zoom geschaakt van zilver en rood.16 Toen de linie van hertog Antonie in 1430 was uitgestorven hadden de staten van Brabant (theo retisch althans, want met Philips de Goede viel niet te spotten) de keuze om de opvolging toe te kennen hetzij aan Karei van Nevers. hetzij aan Philips de Goede. Deze laatste wist de overhand te verkrijgen, niet zonder toegevingen, waartoe hij overigens alleen met moeite werd bewogen. Een van de verlangens van de Staten van Brabant was, dat hij de leeuwen van Brabant en Limburg een voorname plaats in zijn persoon lijk wapen zou geven. Philips veranderde inderdaad in 1430 zijn per soonlijk wapen, maar wel bleef hij de kwartieren 1 en 4 allebei en zonder wijziging bestemmen voor de Franse lelies met de zoom. Daar mee bereikte hij dat de wapens, die de twee neven en naamgenoten Philips van Bourgondië tot 1430 hadden gevoerd, in één nieuw schild konden worden samengevoegd. Philips de Goede deelde namelijk de kwartieren 2 en 3 zodanig, dat in het tweede kwartier de blazoenen van de hertogdommen Bourgondië en Brabant naast elkaar kwamen en in het derde kwartier die van Bourgondië en Limburg. Pas in het wapen dat de jonge Philips de Schone (1494-1506) voerde als alleen nog vorst van de Nederlanden, is voor de Brabantse leeuw weer een volledig kwartier beschikbaar.8 Karei, graaf van Nevers (t 1464), heeft dus geen succes gehad, toen hij in 1430 aanspraak maakte op de opvolging als hertog van Brabant enz. Tevergeefs wees hij op de bepalingen, die de Staten van Brabant in 1403 hadden gemaakt om te voorkomen, dat Brabant en Vlaanderen ooit geregeerd zouden worden door één en dezelfde vorst. Daarom volgde in 1406 in Brabant en Limburg de tweede zoon van Philips de Stoute op, hertog Antonie (t 1415). En zou die zonder wettige kinderen komen te 147

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1979 | | pagina 183