Men behield, in aansluiting op de Bourgondisch-Habsburgse traditie, een tamelijk aristocratisch stedelijk bestuursbestel, met een ingebouwd risico omdat oligarchiserende tendenties vrij spel konden krijgen. Op grond van in het eerste kwart van de zestiende eeuw vastgelegde privilegeregels berustte het stadsbestuur bij twee burgemeesters, der tien schepenen, vier thesaurieren en vierentwintig vroedschappen of raden. Daarnaast waren er dan, niet alleen van belang voorde stad, nog twee "grafelijke" functies, die van baljuw en rentmeester-generaal. Met de hier opgesomde functionarissen is men - als we even afzien van een bescheiden inkrimping van het aantal schepenen aan het eind van de achttiende eeuw - blijven werken tot het jaar 1795. Volgens Westen dorp Boerma zijn er, doordat steeds een aantal regenten meer dan één functie bekleedde - één van de burgemeesters was bijvoorbeeld, als voorzitter van de schepenbank, tevens schepen - meestal slechts een dertigtal personen bij het directe bestuur van de stad betrokken ge weest. 1 Maar dat betekent natuurlijk niet dat er ooit een situatie heeft bestaan waarbij dertig verschillende families elk één regent in het bestuur van de stad hadden zitten. Toch is het in Zierikzee ook nooit zo ver gekomen als in de stad Tholen, waar in 1672 zeven van de veertien stadsregenten Van Vrijbergen heetten.2 In Zierikzee waren ernaast dat dertigtal echte regeringsfunctionarissen bovendien nog vrij wat perso nen die kleine ambten bekleedden, waardoor het voor jeugdige patri ciërs en bijna-patriciërs mogelijk werd op een bescheiden post wat eerste bestuurlijke ervaring op te doen. En dan waren er ook nog wel personen die wel tot het patriciaat gerekend mogen worden terwijl ze, door welke oorzaak dan ook, geen overheidsfunctie bekleedden. Wij mogen dus, zeker als wij Zierikzee vergelijken met andere steden in de oude Republiek, wel spreken over een tamelijk talrijk patriciaat. Daar onder waren opvallend veel juristen, wat gezien het omvangrijke ge bied - tot ver buiten het "eigen" eiland - waar men vanuit de stad een zekere rechterlijke invloed oefenen kon, ook wel enigszins verklaar baar is. De stad had bovendien, naast de vijf andere stemmende steden en de vertegenwoordiger van de Eerste Edele, zitting in de Zeeuwse gewestelijke Staten. Een gewichtiger personage dan de leden van de Statendeputatie was het Zierikzeese lid van Gecommitteerde Raden. Omdat die Raden in Zeeland tevens admiraliteitsheren waren, mocht hun charge niet alleen honorabel maar ook hoogst profitabel heten. Niet alleen in Middelburg, maar ook in Den Haag kon men trouwens leden van het Zierikzeese patriciaat tegenkomen, bijvoorbeeld in de Staten Generaal, en in de Raad van State op zijn tijd, en ook wel in de hoge Hollands-Zeeuwse rechtscolleges. Wij zullen hierna, in het derde onderdeel van dit hoofdstuk, op het bestuurlijk bestel in Zierikzee, op de samenstelling en de taken van de verschillende colleges, en op de ambtelijke functies die Zierikzeese regenten verder nog konden gaan vervullen, nog uitvoeriger in moeten gaan. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1979 | | pagina 19