NOTEN 1Zie voor de oude geschiedenis van het wapen van Zeeland: F.J. van Ettro, De oudste afbeelding van het wapen van Zeeland, in: De Nederlandsche Leeuw, 1976, kol. 368-372; dez., De Bourgondische oorsprong van enige provinciewapens in Neder land en België, elders in deze jaargang van het Archief van het Zeeuwsch Genoot schap. 2. Men onderscheidt veelal historie- of gedenkpenningen en leg- of rekenpenningen. De eerste werden geslagen ter herinnering aan belangrijke gebeurtenissen, de tweede dienden als hulpmiddel bij het afhoren der rekeningen van rentmeesters en andere comptabele ambtenaren. Leg- of rekenpenningen, ook jetons genoemd, werden na de afhoring door de controlerende auditeurs om hun metaalwaarde als emolument behouden. Ze waren echter geen betaalmiddel, evenmin als historiepenningen. Daar de voorstellingen op jetons niet zelden door een actueel feit geïnspireerd waren, is de grens met echte historiepenningen soms moeilijk te trekken. Het onderscheid is hier ook niet ter zake doende. 3. Tot de meest bekende behoren: Gerard van Loon, Beschryving der Nederlandsche historipenningen sedert de overdracht der heerschappye van keyser Karei den Vyfden op koning Philips zynen zoon, ('s-Gravenhage, 1723-1731, 4 dln. hierna te citeren als: v. Loon); Frans van Mieris, Histori der Nederlandsche vorsten uit de huizen van Beyere, Borgonje en Oostenryk tot den dood van keizer Karei V, ('s-Gravenhage, 1732-35) 3 dln, (hierna te citeren als: v. Mieris); P. Verkade, Munt- boek bevattende de namen en afbeeldingen van munten geslagen in de zeven voor malige Vereenigde Nederlandsche Provinciën sedert den vrede van Gent. Met vervolg (Schiedam, 1848, hierna te citeren als: Verkade); P.O. van der Chijs, De munten der voormalige graafschappen Holland en Zeeland ....tot aan de Pacificatie van Gend (Haarlem, 1858). 4. Van Mieris, 111,372, II. 5. Vertaling van het eerste randschrift (Ex. 15,2): "De Heer is onze sterkte, hem geldt onze lof'; van het tweede (Lev. 19,36): "De weegschaal zij goed afgesteld, de ge wichten even zwaar' 6. Van Loon, I, 58. Deze penning was op last van de Zeeuwse Staten in het muntatelier van Antwerpen geslagen door de "ijzersnijder" Jeronimus van der Mannacker: Rekening van de extraordinaris bede van Beoosten Schelde over 1560. R.A. Zee land, archief Prelaat en edelen, inv. nr. 293, fol. 42, en mededeling van dr. J. van Roey, stadsarchivaris van Antwerpen. 7. Vertaling resp.: "Heer red ons, wij vergaan" (Math. 8,25) en: "Uw weggaat over de zee, uw paden over vele wateren" (Ps. 77,20). 8. Van Loon, 1,313. De penning, door hem in verband gebracht met de aanbieding van de grafelijke waardigheid aan Willem van Oranje, vertoont het teken van de in 1580 te Middelburg ingestelde Munt. 9. Het verhaal van Jerobeam en Ahia is te vinden in 1 Kon. 1129-39. De randschriften luiden vertaald: "Zo geeft de Heer koninkrijken aan anderen" en: "Bevestig, Heer, Uw werk". 10. M.G.A. de Man, Over eenige Zeeuwsche legpenningen. Overdruk uit Jb. voor munt en penningkunde, 1925, 14. Zij noemt als vervaardiger van deze penning de "chef muntere" Gillis Gorgu. 11. Van Mieris, III, 229. 12. M.Z. Boxhom, Chronyck van Zeelandt (Middelburg, 1644) 2 dln., 11,495-99. 13. Rekening van de rentmeester-generaal over 1548, R.A. Zeeland, archief van Prelaat en edelen, inv. nr. 281, fol. 20v-21. Maker was de Antwerpse ijzersnijder, hiervóór onder noot 6 vermeld, wiens naam hier gespeld wordt "van Mannaker". 177

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1979 | | pagina 219