gebaseerd op de toestand in 1588. Zo wordt de Nieuwstraat, aangelegd kort vóór 1550 (zie 8), er met name in genoemd. Tevens maakt de heerlijkheid Hayman in 1588 weer deel uit van de Westmonsterpa- rochie.42 Voor de grens tussen de parochies van Westmonster en Koudekerke neemt Dommisse deels de watergang Welsinge aan als natuurlijke grens.43 De parochie Koudekerke omvat dan o.a. een stuk grond bin nen het middeleeuwse Middelburg. Het stuk van 1591 rekent dit deel echter gewoon bij de Westmonsterparochie. Tevens zijn veel van de argumenten van Dommisse voor zijn lokalisatie van de Welsinge aan vechtbaar.44 Op kaart 4 is de parochie-omvang van 1588 ingetekend. Wat houdt nu het woord Waghta in? In de oorkonde van 1266 is sprake van enige "custodia" die in de volkstaal "waghta" worden genoemd.45 Een custodium/waghta is dus één van de wijken waarin de stad werd opgedeeld in verband met de organisatie van de verdediging van de stad. Waghta slaat dan niet alleen op de personen die de bewaking voor hun rekening namen, maar ook op het gebied waaruit deze personen gerekruteerd werden en dat ze tevens moesten verdedigen. Ook in latere ordonnanties op de verdediging van de stad komt het woord wacht voor in de betekenis van wijk. Voor het eerst is dat in 1366.46 In 1480 (BM I 83) wordt de stad ingedeeld in acht kwartieren, elk kwartier onder leiding van vier hoofdmannen.39 Kwartier en wacht worden dan als synoniemen gebruikt, wat moge blijken uit het volgende citaat: par. 10. "Item, toter bewairnisse van derNoirtpoirteende veste, streckende toter Coepoirte toe, zijn geordineert ende gestelt Danckairt Bets zone van Scellacht, Loy Andries'zone, scepenen, Pieter Baze (lis'zone), raidsman, ende Floris Poppe zone, poirter, als hoofmannen, om die te fortifiëren, regieren ende doen voirsien in manieren, boven verhaelt, metten huysen ende persoenen, staende ende woenende bin nen der wachten, beginnende an den houck van den Spegel ende dairnair toter voirsc. poirten toe mit alle die cleyn straetkijns, die dairbinnen staen, de Noortsteenpit mit Scootlandt lopende toten houck van Spayngen". In 1551 (BM I 152) deelt men de stad in in acht "wycken ofte quar- tieren", maar later in deze oorkonde heeft men het over "Deerste wycke of wachte". In 1266 waren er dus minstens twee wijken in de stad. Er zullen er wel meer geweest zijn, maar daarover weten we niets. De "Waghta de Burg" omvat dan de karolingische burg, de "Waghta de Dilf' omvat het resterende deel van de kloosterparochie dat binnen de stad lag (zie kaart 4). Dommisse hecht terecht grote waarde aan de loop van de oude paro chiegrenzen. Deze grenzen zijn meestal vrij oud, in het algemeen 193

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1979 | | pagina 259