VIII. Oorzaken van de sterfte. Over de oorzaken van de relatief hoge sterfte onder de leden van het patriciaat van Zierikzee valt weinig met zekerheid te zeggen. Ongetwij feld zal er sprake geweest zijn van epidemische sterfte, maar hoe belangrijk die geweest is, valt niet te achterhalen. We weten immers zelfs weinig over het verloop van de sterfte in Zierikzee in het alge meen. Terwijl men thans toch al meer dan vroeger twijfelt aan de invloed van ondervoeding op epidemische sterfte, is het duidelijk dat deze verklaring voor het Zierikzeese patriciaat geheel onbevredigend is.27 Dat in Zierikzee de voor een pre-industriële samenleving karakte ristiek geachte 'crises de subsistance' ooit zouden zijn voorgekomen is weinig aannemelijk. En zelfs al zouden ze er zijn geweest, dan zal het patriciaat er geen enkele invloed van hebben ondervonden. Over één aspect van de sterfte, de kraamvrouwensteifte, hebben we echter wel meer zekerheid. Dit aspect laat zich namelijk zonder al te veel moeite numeriek vaststellen. Wel moet ook bij de berekening van de kraamvrouwensterfte de nodige voorzichtigheid worden betracht, maar we behoeven minder hypothetisch te werk te gaan dan voor het constateren van diverse aspecten van zuigelingen- en kindersterfte. Op grond van hedendaagse gegevens mogen we aannemen dat overlijden van een vrouw binnen veertien dagen na de geboorte van een kind tot de kraamvrouwensterfte gerekend mag worden. Uiteraard is het mogelijk dat in een enkel geval een overlijden na langere tijd nog verband kan houden met de bevalling, maar dit is een uitzondering. Het kan zich bijvoorbeeld voordoen door het achterblijven van resten van de placen ta, waardoor zich later moeilijkheden openbaren. Om deze gevallen niet uit te sluiten hebben we in tabel 2.7 de sterfte van vrouwen binnen twee weken, maar ook binnen zes en twaalf weken na de bevalling weergegeven. tabel 2.7 Sterfte van vrouwen binnen resp. twee, zes en twaalf weken na een bevalling in diverse cohorten. Sterfte binnen: Vrouw 2 6 12 12 weken als perc. van geboren weken weken weken de sterfte van vrouwen tussen tussen 15 en 44 jaar 1500-1549 3 3 3 25 1550-1599 17 18 18 33 1600-1649 10 12 13 15 1650-1699 12 17 19 30 1700-1749 4 6 7 16 1750-1799 3 6 6 20 35

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1979 | | pagina 49