Aanslag voor karossen. Aantal aangeslagen karossen 1775 1785 1794 Geen aanslag 76 72 73 Wel aanslag 10 14 12 Ook de aantallen die De Vos voor andere dan de bovengenoemde jaren noemt, zijn niet groot. Als we even afzien van mogelijke fraude, die waarschijnlijk wel gepleegd zal zijn en waartoe de voorschriften ook diverse mogelijkheden boden, geeft deze belasting niet bepaald de indruk van grote verschillen in uiterlijke status. Het is nauwelijks aannemelijk dat de zeventiende eeuw een geheel ander beeld te zien heeft gegeven. De enige mogelijkheid die we hebben om dit voor vroegere perioden dan de achttiende eeuw te ontdekken, zijn boedelbe schrijvingen, maar daaruit valt weinig op te maken over mogelijk grote re onderlinge verschillen in uiterlijke welstand en status. De aard van dit materiaal is zodanig, dat er nog minder snel conclusies getrokken mogen worden. Wat de uiterlijke statusaspecten betreft komen we dus niet erg ver. Zover onze gegevens dat toelaten, krijgen we het beeld van beduidende verschillen tussen het patriciaat en de overige bevolking, maar van relatief geringe onderlinge verschillen. De verschillen die er waren lijken voornamelijk een gevolg te zijn van verschillen in de politieke carrière. Wij kunnen in het midden laten of het wel 'bon ton' was om als pas beginnend lid van de elite veel aan uiterlijk statusver- toon te doen. Dat het evenwel weinig voorkwam is zeker. Veel huizen waren familiebezit en men moest doorgaans dus al wat ouder zijn, wilde men een echt 'deftig' huis door vererving in bezit krijgen. In iedergeval zijn de gegevens over de uiterlijke status te gering en te onduidelijk om hieruit een helder beeld over de subtiele verschillen in status te krijgen, die er ongetwijfeld geweest zullen zijn. IV. Verwantschap en sociaal verschil. Na het voorafgaande zal de lezer zich misschien wat moedeloos begin nen af te vragen, of er, met uitzondering van verschillen in machtsposi tie, wel verschillen tussen de leden van het patriciaat hebben bestaan. Was het patriciaat niet één grote homogene groep, die zich door vermo genspositie en huizenbezit wel nog onderscheidde van de overige be volking, maar die onderling weinig verschil vertoonde? Een enkeling sprong er dan misschien nog eens uit door bijzondere culturele presta ties - als dichter, kaartenmaker of auteur - maar dat was aardig en niet eens erg bijzonder in het over het algemeen redelijk erudiete gezel- 81

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1979 | | pagina 95