II Johannes Dibbetz. III Hervormingsgeschiedenis van Urk. IV Arminius en Gomarus. De stof had hij gehaald uit de verzameling-Cupus. 1859. Georgius Cassander, geschetst naar aanleiding eener godge leerde dissertatie Bijdragen Het is een lovende, oppervlakkige bespreking van de dissertatie van J.M. Assink Calkoen. Janssen had Cassander in zijn Kerkhervorming te Brugge hoog geprezen en geplaatst tegenover het "monster" Broer Comelis. Hij legde in zijn bespreking nadruk op de relatie tussen Cassander en Comelis van Baersdorp194, lijfarts van Karei V en van Franse en Hongaarse koningen. M.E. Nolte heeft in de literatuurlijst van haar, uit 1951 daterende, dissertatie over Cassander het artikel van Janssen niet genoemd. 1859. De herbouw van de toren van Westkapelle in den aanvang der vijftiende eeuw (Bijdragen). Het betreft Westkapelle in West-Vlaanderen. idem. Toevoegselen betrekkelijk Groede Bijdragen Hij had via zijn broer, die predikant was te Groede, oude stukken over deze plaats in handen gekregen. Een ervan was een concept-verdrag tussen de geestelijken van de Gentse St. Pietersabdij en de gebroeders Jacob en Comelis Cats. Het betrof de afbakening der belangen van beide partijen. idem. De abt van St. Quintin in Vermandois, patroon der kerken in het Oostkerker ambacht (Bijdragen). In deel I van de Bijdragen had Janssen aan de lezers de vraag voorge legd: hoe had de abt van deze Franse abdij het patronaat gekregen over Lapscheure, Moerkerke, Damme, Oostkerke, Hoeke, St. Anna ter Muiden en Westkapelle? In deel III had J. Egberts Risseeuw gemeend hem het antwoord te kunnen geven195. Hij wees op een charter uit 1590, waaruit hij concludeerde dat de abt soeverein was over het Oostkerker ambacht en bovendien haalde hij een passage uit de Reinaert aan, waarop wij later uitvoerig terugkomen. In zijn bovengenoemd artikel schreef Janssen, dat hij nog steeds met zijn eigenlijke vraag zat: was de abt wel soeverein heer van het ambacht en hoe kwam hij dan aan dat patronaatsrecht? Dat hij het tiendrecht bezat in het gebied, was hem bekend. Om tot een oplossing te komen veranderde hij van vraagstel ling; hij liet de lezers een keuze maken uit mogelijkheden. Van 552 tot 1146 had Vlaanderen met Doornik tot het bisdom Noyon behoord, waaronder ook Vermandois ressorteerde. In de 12e eeuw ontstond het bisdom Doornik. Het patronaatsrecht kan dus vóór 1146 zijn ontstaan. Maar hij zag een eventuele andere oplossing. In 1156 trouwde Filips van den Elzas met Elisabeth, dochter van de graaf van Vermandois. Filips heeft steeds de titel graaf over dit gebied gedragen tot aan zijn 65

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 135