136. Janssen, Kerkhervorming Vlaanderen, II, 60. 137. Te Water, Historie Gent, 109-222.-"Lof en laster van Petrus Dathenus", 189-222. 138. Verbeke, "De Baecker", 124 vlg. 139. Johan Casimir, GWP, 448. 140. Janssen, Dathenus, 83: "Wanhopig en verbitterd ontvlood hij een grond, waar zijne zon, eens staande aan 't hoogste punt des hemels, was ondergegaan, waar duizen den hem verdachten, schuwden, verfoeiden, waar hij onteerd was door een smade lijke gevangenneming, waar voor 's hands nergens voor hem een geschikte werk kring te vinden was". 141. 209 vlg. 142. Van Schelven, "Crusius", 480 vlg. 143. Janssen, Dathenus, iii. 144. Sepp, Drie Evangeliedienaren, 1-80. 145. Janssen, Dathenus, 100. 146. Brugmans, "Acquoy", 8-11. - In zijn inaugurele rede, Het nut der beoefening van de geschiedenis, zou hij zes jaar later Janssen uitdrukkelijk prijzen om diens lokale geschiedschrijving, 12 vlg. 147. Van Toorenenbergen aan Nagtglas. De schrijver verweet Janssen veel te gunstig over Dathenus te hebben geoordeeld. "Hij wilde reformeren met geweld en de sterke arm gold hem meer dan de kracht der waarheid." 148. Nagtglas, Levensberichten, I, 480; cf. Piccardt, Levensbericht Janssen, 235. 149. Decavele, Dageraad, I, 396, noot 386. 150. Rullmann, Kuyper-Bibliografie, I, 115-122. 151. Van Strien, "Brill", 214 vlg. 152. Nauta, "Rutgers", 303 vlg. 153. Brugmans, "J.J. van Toorenenbergen", 303 vlg. 154. 13e vergadering Mamix-Vereeniging: "Ds Van Toorenenbergen doet mededeeling van het aanbod van dr. [sic] H.Q. Janssen te St. Anna ter Muide [.sic] om verschil lende stukken op de Reformatie in Vlaanderen betrekking hebbende, gereed te maken voor de opneming in de Werken der Vereeniging. Dit aanbod wordt aange nomen." 155. Gilliodts-Van Severen, "Pièces inédites", 156-163. 156. Ceulaer, "Bergmann", 178 vlg. 157. Van Schelven, "Van den Corput", 336 vlg. 158. 15e vergadering Mamix-Vereeniging: "Z.H.Gel. [bedoeld wordt Janssen] stelt vervolgens voor nog een deel uit te geven van de brieven uit het archief der Herv. Gem. te Delft. Dienovereenkomstig wordt besloten." 159. Deprez, "Serrure", 1406 vlg. 160. Bijdragen, I, 366. Van den Berghe in "Bibliographisch Album" achtte wèl een periodiek voor het vroeger belangrijke Zeeuwsch-Vlaanderen nuttig, maar kwalifi ceerde het opnemen van losse stukjes als pronkzucht, luiheid en mode. Hij achtte de Bijdragen van Janssen en van Van Dale niet de slechtste in het genre, maar... -556: "Wie het aan ernst ontbreekt om niet enkel uit archivalia maar uit alle toegankelijke bronnen een of ander onderwerp grondig na te sporen en op te helderen, houde liever de hand van het papier." 161. Nagtglas, Levensberichten, I, 97 vlg. 162. ibidem, II, 518 vlg. 163. ibidem, II, 547 vlg. 103

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 173