Dingsdagmorgen zagen wij met het aangenaamst genoegen de Groote f2'"Bls;dagden Korenmarkt te Goes, waar op wij uit eenen der vertrekken van onze gastheer 't ruime gezigt genooten, en welke in den besten graantijd zeer frequent is, alzoo deze de eenige stad is in het eiland waarhenen al het koren van het vrugtbaar Zuid Beeveland gevoerd en ter merkte gebragt word. 's Namiddags bezigtigden wij het fraai natuur-kundig kabinet van den beroemden Slabber11, medelid van het Goesche Genootschap12, ter nuttige oefening in kunde en wetenschap, opgeregt, en uit verscheijden kunstminnaren, waar onder ik ook den braaven geneesheer Egter noe men mag, bestaande13. Maar wat nu de reize naar Walcheren aangaat, Ds. Reitsma had reeds zijn eerwaarde verzoek vernieuwt om met mejuffrouwe Clement, zus ter zijner edele huisvrouwe het gezelschap te huisvesten en de dag van onze komst was reeds te vooren op woonsdag den 13 bepaalt. Wij vertrokken des woonsdagochtends ten half zes uuren met den ^°°1"j,daB Beurtman van Goes op Veere, en met voorspoedigen wind zeilden wij ten acht uure de haaven in. Wij wandelden langs de haven voort door eenige straaten der stad naar het huis van den Veerschen Ds. Schoe- zetter alwaar wij allervriendelijkst onthaald vervolgens door het ge leide van mejuffrouw deszelfs echtgenoote vereerd ons tot het bezig- tigen der stad begaven14. In de eerste plaats bezigtigde men de Groote Kerk zijnde een treffelijk arduinstenen gebouw van binnen wederzijds met konstige gaanderijen en fraaie steenen gewelven verziert en rus tende op veertien heele en achttien halve colomnen van hardsteen, waartuschen zestien kapellen zijn, aan elke zijde acht. In eene van welke agter de predikstoel wij de prachtige tombe zagen van de wel edelgestrenge Heere Boreells. Men nadert dezelve door een ijzeren hek met ses steenen trappen opgaande. Boven op de graftombe die eenige voeten boven de grond rijst heeft men het lichaam van genoemden heer beneven dat zijner gemaalinne en beneede dat van hunnen edele zoon in marmer uitgehouwen en treflijk konstig uitgewerkt zoo dat elk aan schouwer dit stuk bewondert. Boven ziet men de deftige wapenschil den deezer aanzienelijke familie. Wijnig verder praalt deeze kerk met een treffelijken marmeren gedenknaald, nog maar onlangs ter eere en onsterfelijker gedachtenisse van den grooten Miggrode in de kerkge schiedenis van Zeeland wijdberoemd door deszelfs naijveraar in het werk der algemene kerkhervorminge den weleerwaarden zeergeleer den Heer Josua van Iperen, toen predikant te Veere, opgericht en met plechtige redevoering ingewijd16. In dezen gedenknaald ziet men van boven eenen antijcquen steen zeer net geconserveerd welke door de gemelde kerkleraar gevonden aanleiding tot het vereeuwigen van 's mans gedachtenis gegeeven heeft gelijk ook de afbeelding van dit monument in de gedrukte redevoering gevonden wordt. Tot het zelfde 139

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 213