gemengd en voortgestuwd, en kunnen ze ook hetvas secretorum' in de hersenen, en het 'afgekleinsde vogt' passeren. Besmetting bij een koortsige ziekte is naar zijn mening een soort vergif in de lucht, waarbij hij steunt op Mead's verhandeling over de pest en diens Account on poisons. Hij beaamt de invloed van dode lichamen en rottende voedingsmiddelen bij het ontstaan van koortsige ziekten door schadelijke 'effluvia'. Als voorbeelden geeft hij Petrus Forestus' ver haal over een pestepidemie door een dode bij Egmond aangespoelde walvis, over de kwaadaardige koorts in het Wadham College te Oxford door rottende kool in de naaste omgeving, en de kinderpokjes in de jaren 1718-'21 te Cork in Ierland vooral in de slagerswijk der stad (Joseph Rogers). Hij haalt Pringle aan uit diens Over de Verrottinge (Ep. XVII): "Al wat de Fibren verslapt bereid dezelve als tot Verrot ting, en al wat die verstyft moet een Anti-Septicum geagt worden"36. Merkwaardig genoeg wijst hij ook nog op de invloed van 'pulvis toni- truans', gebleken bij de ontploffing van de 'Kruidtooren' in Rhijnberk in 159837. In volkrijke steden en bij grote kerkhoven acht hij de kans op kwaadaardige koortsen groter. Maar hij voegt er kritisch aan toe: "Hoewel het waar is, dat de oorzaaken van Kwaadaardige Koortsen altijd aan de Lugt niet kunnen toegeschreven worden, maar dat die ook dikwijls aan andere oorzaken, voomamentlyk slegt en bedurve spyzen te wyten zijn. Pest, en andere kwaadaardige Ziekten volgen zeer dik wijls op een Hongersnood, en beginnen dan doorgaans met het ge- meene Volk, die het slegste en geringste voedsel gebruiken". Hij keert zich tegen het begraven in de kerken, en geeft zo duidelijk steun aan de theoloog prof. Jona te Water38, die zich eveneens tegen dit volgens hem verouderd gebruik heeft verzet39. Ook Iman Jacob van den Bosch (1778) deelde deze opvatting, welke daarna mede door de straks te noemen Natuur- en Geneeskundige Correspondentie Sociëteit in nog bredere kring werd verbreid. In gasthuizen bepleit hij het aanbrengen van ventilatoren ter verdrijving van bedompte lucht (Desaguliers) en in dichtbevolkte schepen met 700-1000 mensen de machine van Sutton (1749)40. Misschien dacht hij hieraan slaven- of soldatenschepen. Hij geeft ook de toen algemeen erkende zienswijze dat vochtige en koude lucht het ontstaan van scorbuut bevordert. Hierbij verwijst hij naar James Lind's Treatise on the Scurvy, Edinburg, 1751, en uit zijn grote waardering voor deze verhandeling, die hij waardig acht "in het Neerduits overgezet te worden". Daaruit mogen wij de conclusie trek ken, dat hij Lind's opvatting, dat de toen nog onderscheiden land- en zee-scorbuut in wezen één ziekte zijn, heeft gedeeld41. Basters mening dat koude baden een gunstige invloed hebben bij rachi tis, past in de theorie van de toniserende invloed dier baden op de lichaamsfibrae. Het gebruik van sneeuwwater en gesmolten ijs echter acht hij gevaarlijk, omdat het verstoppingen in de klieren veroorzaakt, 165

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 255