naamste in de regeering zijn3) een plaisierig buijteplaatsje kan vinden, om mijn dagen in ruste te eijndigen. Na mij in de continuatie van U eerw. vriendschap bevoolen, U eerw. en Nigt te Water van wegen mijn vrouw en mij zeer minsaam gegroet, en onsen tot alles bereijd willigen dienst geoffereert te hebben, zoo teijke- ne mij met bijzondere hoog agting en toewensching van alle ziels en lichaams zegeningen in dit nieuwe en nog veele volgende jaaren, Job Baster. Zierikzee, den 2 januari 1775. P.S. Mijn compliment aan Ds. Tjeenk, als zijn eerw. een ander plantje Apocynum in't voorjaar wenschte te hebben zoo moet het mij in dien tijd maar eens laaten weeten4. 1. Ephemerides (waarnemingen van de dag) 1754/55. VZGWIII (1773), 1757. 2. Pluribus intentus minor est ad singula sensus: Hoe meer aandacht voor vele dingen, des te minder voor de afzonderlijke. 3. De familie Vink; verwantschap met Utrechtse magistraten is niet duidelijk geworden. Later trouwde Jacoba Baster-Vink met Isaac Falck. Vgl. nr. 12, noot 3. 4. Zie nr. 25, noot 5. Instituut voor sociale geneeskunde R.U. Utrecht. 221

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 311