in 1978 uitgesproken voor handhaving van Nehalennia als zelfstandig
orgaan van de Werkgroep en de Zeeuwsche Vereeniging voor Dialect
onderzoek. Wanneer het Genootschap tot uitgave van een eigen orgaan
zou overgaan zou kunnen worden bezien of een combinatie mogelijk is.
IV.3. ZELFSTANDIGE UITGAVEN.
In het voorgaande zijn reeds enige mogelijke uitgaven genoemd. In
bewerking is thans het Testament Bommenee, terwijl de uitgave van
een bundel ter gelegenheid van de synode van Middelburg van 1581
wordt overwogen. De Werkgroep besloot in 1979 de uitgave van
Zeeuwse Studiën voort te zetten. Voorts gaf het Bestuur van het
Genootschap toestemming tot de uitgave van reproducties uit de Ze-
landia Illustrata. Een programma voor afzonderlijke uitgaven kan niet
worden gegeven. Daarom moet worden volstaan met het beleidsvoor
nemen dat de Werkgroep uitgave zoveel mogelijk moet stimuleren
wanneer de gelegenheid zich daartoe voordoet.
V. DE ORGANISATIE.
In het voorgaande zijn tal van beleidsonderdelen behandeld. Dit wil
niet zeggen dat de Werkgroep deze voor zich wil reserveren; zij raken
ook het beleid van het Genootschap in zijn totaliteit.
Voor zover het de verzamelingen van het Genootschap betreft en de
besteding van algemene middelen is dit onderdeel van het beleidsplan
adviserend van aard.
Elders kan een scheiding worden getrokken tussen voorbereidende
werkzaamheden voor een uitgave en het realiseren van de uitgave. De
Werkgroep rekent tot haar directe taken het organiseren van de lezin
gen en onderzoeksprojecten, de uitgave van Nehalennia en de uitgave
van kleinere studies of reproducties, voor zover deze geen onaanvaard
bare risico's met zich meebrengen. Bij de uitgave van omvangrijker
studies door de Werkgroep voorbereid, kan in overleg met het Genoot
schap naar een oplossing worden gezocht.
Voor wat betreft de adviserende taken acht de Werkgroep zich met
name betrokken bij de Zelandia Illustrata en de cultuurhistorische
afdeling van de verzamelingen. Voor de Atlas is in 1978 een commissie
ingesteld, die reeds verschillende malen heeft geadviseerd over aanko
pen. Ook voor de oudheidkundige voorwerpen is een adviescommissie
gewenst. Het is niet per se noodzakelijk dat deze commissie via het
Bestuur advies uitbrengt; wanneer het de uitvoering van het beleid
betreft is het contact middels een bestuurslid in de commissie vol
doende.
Voor de uitvoering van de specifieke taken van de Werkgroep is admi
nistratieve bijstand noodzakelijk. Uit de onderzoeksprojecten resul
teert veel materiaal dat uitwerking in het net behoeft. Zo vereist het
XL