liii
Bij uitgaven van derden zou kunnen worden gedacht aan een herdruk
van De Vos, De Vroedschap van Zierikzee, of W.S. Unger, Bronnen
voor de Geschiedenis van Middelburg in den landsheerlijken tijd. In
dergelijke gevallen moet uiteraard toestemming worden verkregen van
de betreffende uitgevers.
Nog meer dan bij reprints is voorintekening vereist bij nieuwe uitgaven.
Ook hiervan liggen er enige voorbeelden in het verschiet. De Werk
groep Historie en Archeologie bereidt een uitgave voor van het Tes
tament Bommenee, het handboek van de Veerse stadsbouwmeester
Adriaan Bommenee. Mogelijk zal het project huizendocumentatie van
Middelburg van deze Werkgroep tot een publicatie over de huizen van
Middelburg leiden. Voorts worden in het beleidsplan genoemd een
bibliografie en repertorium betreffende Zeeland en een nieuw biogra
fisch woordenboek, waaraan naast de landelijke toch behoefte zal
bestaan.
Hoofdstuk 3. De verzamelingen.
I. REGISTRATIE.
Sinds het einde van de vorige eeuw is een behoorlijke registratie bijge
houden van de verzamelingen. De laatste wereldoorlog heeft echtereen
zodanige chaos veroorzaakt dat bij het aangaan van de bruikleenover
eenkomst met de Zeeuwse Museumstichting in 1960 verwezen moest
worden naar een nog te verrichten inventarisatie. Ook ten aanzien van
het boekenbezit deed zich deze situatie voor. Het hoeft geen betoog dat
aan deze ongewenste situatie op korte termijn een einde moet komen.
Het Genootschap dient de beschikking te hebben over een complete
registratie van alle bezittingen, ten einde in geval van brand, vermissing
of andere calamiteiten ten allen tijde het bezit te kunnen aantonen. Van
tijd tot tijd moet ook een algehele controle plaatshebben.
II. CATALOGISERING.
Voor het grootste deel moet nog met oude catalogi worden gewerkt.
Alleen voor de Zelandia Ulustrata bestaat een moderne catalogus.
Zoals in het voorgaande reeds is betoogd moet hieraan bij de publicaties
de nodige aandacht worden besteed en moeten jaarlijkse aanwinsten
dadelijk worden beschreven in het voorwerk van het Archief. Soms
wordt wel gepleit voor het achterwege laten van gedrukte catalogi
omdat dan geen invoegingen kunnen plaatsvinden. Dit is een weinig
reëel argument, aangezien de aanwinsten procentueel zeer gering zijn
vergeleken met de bestaande verzamelingen. Het Genootschap dient
zich te beperken tot catalogisering van de eigen verzamelingen. Tus
senvoeging van andere voorwerpen is niet gewenst.