MEMORI VAN HET VOOR GEVALLENE IN 'T JAAR 1834 [Bij begrafenis] verzogt als vriend ten huijse om het gebed te doen, veel ondersteuning van den Heere genoten. [Bij andere begrafenis] verzogt als vriendt ten huijse en om het gebed te doen bij gelegenheid zonder domini. Ook liet de Heere mij niet beschaamd wordenDen 13 april I.P. Burgerhoudt beropen candidaat bevestigd door zijn neef Burgerhoud, predikend van schulden tekst 3 zendbrief Johannes vs. 8 en intrede uijt 1 Corinthe 15 vs. 14 over de opstandinge. Den 1 meij Willem met Adriaan de Bachk opgegaan 's-morgens om 4 uuren. De vrouwe 's Heeren weg in dezen niet kennende volgen, maar grootelijkst tegengestaan, is 's nagts bijzonder door Godts goedheid losgemaakt en alzoo bijde en ook hij gesterkt. Den 5 junij met de wagen na Kruijningen na I. de Boe, broer en zuster mee naar de molenaar van Hierseke. 's-Avonds weer mee. Een geze gend reijsje met zooveel vreede. In vereenige malkander ontmoet en gelaten. Den 21 junij met broer een uijtstapje na Zirxzee na Ten Have Landman deftige vroome ontmoet. R. Kok mee na de meesters vader. Den 24 de vrouwe ons in de stad [Goes] afgehaald en wel thuijs geko men. Den 25 junij voor mijn geestelijke toestand en ontsaggelijke duijstemis- se ontmoet. Den 27 J.B. Romijnsen uit de stad [Goes] bij ons gelozeerd, die niets aan mij hadde vanwege de beroeringe en aansporinge van den satan. Den 30 junij de Heere mij klaar licht in de zaake gevende, namelijk tussen mij en mijn vrouwe. Daar jaren door het ongeloof geslingerd zijn omtrent haar staat, ja zelfs dat de natuurlijke gemeenschap ook weg ging, maar nu door 's-Heeren wondere weg uijt die vijandschap de vreede en uijt de zonde de vereniginge, die nu in natuurlijke en bijzon der in geestelijke gemeenschap veel grooter was als zij ooit geweest is. En hoewel de gevoelige gesteldheid wel weggaat en de vijand geweldige aanvallen doet, de zake blijf! En daar het te voren voor ons was een tijd om te zwijgen, die dikwijls vergeten werd, en uijt een woord, ja door het zien bij tijden de vijandschap oprees, is het nu een tijd om te spreken en om het rijk des satans in ons en andere af te breken. De Heere vermeer- dere het. Den 5 julij broer Comelis Naeije ontmoet om die boodschap mee te delen. Den 26 julij Willem, van Harlem in het fort Bats gekomen. Den 2 aug. met de vrouwe met de sees na Kruijninge na De Boe, 2 uuren verbeid en het oogmerk om 's-avonds bij hem te loseren bekend ge maakt, dat uijtnemend wel was. Om 10 uuren vertrokken en 12 uuren in het fort. Willem in vreede en gezondheid ontmoet, die ook voor 4 dagen 6

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1980 | | pagina 68